“In afwachting van iedereen te tonen dat ze niet zomaar het eerste het beste kleine meisje was, speelde ze als alle kleine meisjes met haar poppen, droomde van succes en applaus en pronkte voorlopig met het beroep van haar vader. Het woord ‘journalist’ ontlokte bij meningeen bewonderende blikken, die omsloegen in verschrikking als ze bij de volgende onvermijdelijke vraag ‘Rode Vaan’ of ‘Drapeau Rouge’ antwoordde. Eerlijk duurt dan wel het langst had ze op zedenleer geleerd, maar soms was liegen leuker en ‘Laatste Nieuws’ of ‘Le Soir’ maakte een veel gunstigere indruk, ‘haha, zozo’, zodat Lena regelmatig het fijne gevoel smaakte om dankzij een leugentje voor vol genomen te worden omwille van een vader, van wie ze had gewild dat hij zijn beroep elders zou hebben uitgevoerd”.
Lees verder “Tachtig jaar geleden: Maarten Thijs begint op De Rode Vaan”Tag: Dolores Thijs
Veertig jaar geleden: “Liedjes zingen op de fiets” van Anne Riemeers
“Is eenzaamheid dan de drijfveer voor onze daden, mijn vriend? Is dat de ware motivatie van de ‘kunstenaar’? Een bestaanskreet uiten. Sommigen gaan misschien letterlijk krijsen, of brengen het melodieuzer over, anderen drinken of schrijven en nog anderen denken aan zelfmoord als het ultieme middel om de aandacht op zich te vestigen… Hoe pijnlijk bewust zijn wij er ons van dat de mens niet in staat blijkt in werkelijke communicatie te treden met een ander… Wij kiezen niet, mijn vriend, wij worden gedreven; wij nemen geen verstandige beslissingen en als we dat zouden doen is de enige verstandige beslissing die we moeten nemen, daar vooral een eind aan te maken.” (p.5) Zo begint Anne Riemeers het verhaal van haar scheiding, maar vooral van haar huwelijk, het verhaal van haar leven, maar vooral van haar niet-leven. Een verhaal van “Liedjes zingen op de fiets”, maar vooral van huilen op de fiets.
Lees verder “Veertig jaar geleden: “Liedjes zingen op de fiets” van Anne Riemeers”Veertig jaar geleden: de diverse fantasmen van Dolores Thijs
“In afwachting van iedereen te tonen dat ze niet zomaar het eerste het beste kleine meisje was, speelde ze als alle kleine meisjes met haar poppen, droomde van succes en applaus en pronkte voorlopig met het beroep van haar vader. Het woord ‘journalist’ ontlokte bij meningeen bewonderende blikken, die omsloegen in verschrikking als ze bij de volgende onvermijdelijke vraag ‘Rode Vaan’ of ‘Drapeau Rouge’ antwoordde. Eerlijk duurt dan wel het langst had ze op zedenleer geleerd, maar soms was liegen leuker en ‘Laatste Nieuws’ of ‘Le Soir’ maakte een veel gunstigere indruk, ‘haha, zozo’, zodat Lena regelmatig het fijne gevoel smaakte om dankzij een leugentje voor vol genomen te worden omwille van een vader, van wie ze had gewild dat hij zijn beroep elders zou hebben uitgevoerd.” (Dolores Thijs, Drüben is het gras groener, Antwerpen/Amsterdam, Manteau, p.23).
Lees verder “Veertig jaar geleden: de diverse fantasmen van Dolores Thijs”

