Frank Hoste wordt 65…

De Gentse wielrenner Frank Hoste, die op dit moment vooral bekend is als co-commentator voor de Tour de France op de radio, viert vandaag zijn 65ste verjaardag. In 1985 heb ik hem nog telefonisch geïnterviewd bij de start van de Ronde van Frankrijk, waarin hij het jaar daarvóór de groene puntentrui had veroverd.

Een nieuwe Ronde van Frankrijk en een nieuw geluid. Het kan ook moeilijk anders want de winnaar van vorig jaar Laurent Fignon kan zijn gele trui niet verdedigen. Maar ook de groene trui wordt al van bij de proloog vacant verklaard, aangezien de Gentenaar Frank Hoste ook niet in Plumelec aan de start zal verschijnen. Tegen wil en dank. Zijn Italiaanse sponsor ziet (ondanks gedane beloften) geen brood in een Tour-avontuur, al zullen de matte prestaties van kopman Giuseppe Saronni daar wel niet vreemd aan zijn. Hoste is daarover zo verontwaardigd dat hij nu reeds heeft aangekondigd volgend jaar over te stappen naar een nieuwe Nederlandse ploeg. Is die groene trui hem dan zoveel waard, meer dan de Belgische driekleur die hij toch ook ooit heeft omgord ?
Frank Hoste : Zeker ! De internationale uitstraling is veel groter.
– Heeft dat maken met het feit dat België op dit ogenblik misschien minder hoog aangeschreven staat als wielerland ?
F.H. : Dat is wellicht wat overdreven, maar het gaat toch in die richting. In het buitenland redeneert men allicht : hij is misschien wel de beste van zijn land, maar dat hij het hier nu eens bewijst. Komt daarbij dat het natuurlijk een succes van één dag kan zijn.
– Vandaar dus je grote « Tour-verdriet » ?
F.H. : Ja, zo heeft dat in de kranten gestaan en dat heeft bij mijn collega’s een beetje op de lachspieren gewerkt. De Tour rijden doe je immers niet voor je plezier. Je moet goed rijden, want anders kan je beter thuis blijven. Dan is het een marteling.
– Maar jij zat goed ?
F.H. : Uitstekend zelfs. Ik had een heel goede voorbereiding gehad in de Ronde van Italië, die ik nog steeds als de beste voorbereiding beschouw, beter nog dan de Ronde van Zwitserland.
– Betekent dat dan dat je de respectievelijke winnaars ook zo afweegt ? Dat je m.a.w. Bernard Hinault meer kansen geeft dan Phil Anderson ?
F.H. : Volgens mij gaat Anderson in de tweede Tourweek er onderdoor. Ik kan natuurlijk verkeerd zijn, maar ik ben er praktisch zeker van.
– Minder in de belangstelling van de media is er ook nog een andere Ronde gereden, die van Colombia, waar Luis Herrera zich heeft getoond…
F.H. : Ja, de Colombianen komen nu ook later naar Europa om nog meer van de « hoogtestage » te kunnen genieten, maar toch zal die eerste week met de kasseien naar Roubaix en zo er te veel aan zijn. Ook in het vormen van waaiers zijn ze niet zo goed thuis. Neen, tegen de tijd dat ze aan de bergen komen, staan ze wel op een kwartier achterstand. Zij het dat ze op hun terrein natuurlijk in hun element zijn. Ik herinner mij nog goed de etappe vorig jaar van Alpe d’Huez naar La Plagne, 245 km met van bij de start de beklimming van de Galibier, en na drie kilometer was er reeds een Colombiaan die demarreerde ! Dat is natuurlijk waanzin, maar dat belet niet dat je in de achtervolging moet rijden.
– En dat zal dan in de eerste plaats door Lucien Van Impe moeten gebeuren, want die mikt op het record van bergkoning…
F.H. : Juist wegens die Colombianen denk ik dat hij het erg moeilijk zal hebben. En ook Robert Millar zal zich wel volledig op de bergprijs toeleggen.
– Millar, Anderson… we hebben het nog niet over die andere Engelstalige gehad, Greg Lemond ?
F.H. : Ik heb de stellige indruk dat Lemond beter bergop rijdt dan Hinault, het lijkt me dan ook twijfelachtig dat hij in dienst zal rijden van « de das ». Neen, hem geef ik nog méér kans.
– De Belgische hoop is natuurlijk Claude Criquielion…
F.H. : Ik zie hem wel bij de eerste vijf eindigen, maar om te winnen is zijn ploeg toch te zwak.
– Nog een slotvraagje : wie wordt je opvolger dit jaar ?
F.H. : Normaal gezien zal dat Erik Vanderaerden (achter hem op de foto, RDS) en zo niet Sean Kelly zijn. Hinault zie ik niet in staat de groene trui te nemen, aangezien dit jaar het systeem voor het puntenklassement opnieuw veranderd is. Zoals vroeger zijn er nu weer evenveel punten te verdienen in vlakke als in bergetappes. Vorige jaren was dit niet het geval, dan waren er maar de helft van de punten te verdienen in de bergen. Dat was uiteraard om de sprinters meer kansen te geven. Op de manier zoals het nu gebeurt, zal de trui meer naar een complete renner gaan. Dat zou dan normaal Kelly moeten zijn, op voorwaarde natuurlijk dat hij geen ambities koestert voor het gele kleinood.
Gele trui, groene trui… Die van ons is tot op de draad versleten maar als we er een zouden willen, zullen we ze toch zelf moeten breien.

Referentie
Jan Draad, Frank Hoste aan het lijntje, De Rode Vaan nr.26 van 1985