De Nederlandse cabaretier Paul van Vliet is eergisteren overleden op 87-jarige leeftijd.

Paul van Vliet behaalde een diploma rechten aan de Rijksuniversiteit van Leiden, maar hij zou zijn diploma nooit te gelde maken. In 1964 richtte hij met zijn vrouw Liselore Gerritsen, Ferd Hugas en de pianist Rob van Kreeveld het theater PePijn en de cabaretgroep PePijn op in een oud pakhuis aan de Nieuwe Schoolstraat in Den Haag. Er was de eerste jaren geen personeel in het theater – de vier cabaretleden zorgden zelf voor de kaartverkoop, de garderobe en alle andere werkzaamheden.
In 1970 startte Paul van Vliet met een solo-programma. Typetjes als majoor Kees maakten hem in bepaalde kringen ontzettend populair, maar tegelijk werd hij toen al door sommige cabaretliefhebbers als oubollig beschouwd, vooral dan in tegenstelling met het toen opkomende duo Neerlands Hoop. Paul Van Vliet was zich daar zelf van bewust, zoals mag blijken uit een interview in “Spiraal-Flash” van november 1979: “Er is een verschil tussen een zedenmeester en een satiricus. Een zedenmeester heeft zijn woede nog niet verwerkt en preekt vanuit een soort heilige toorn, terwijl naar mijn gevoel een rijpe satiricus zijn woede al heeft verwerkt en daarboven staat. Hij vertaalt dit het liefst met humor naar zijn publiek toe. En daar komen we dan op het gebied van Talent. En het beschikbare talent voor dàt vak is hier niet voldoende aanwezig. Heel wat mensen die zich onder de noemer cabaretier of satiricus of politiek geëngageerd cabaret opstellen, hebben gewoon niet genoeg talent om dat hele moeilijke vak te beoefenen. Daar tegenover staan dan Bram en Freek. Die hadden een heel nieuwe vorm van satire uitgevonden, althans Freek.
Zelf is Paul Van Vliet de tegenvoeter van Freek De Jonge. Inderdaad, van Vliet is minder puntig, minder geëngageerd, sentimenteler ook en hij gaat meer de poëtische kant op. “Boeiend?” zo vraagt Jo Sneppe zich af in de Rode Vaan nr.50 van 1982. En ze antwoordt zichzelf: “Dat hangt af van de persoonlijke smaak, maar erg professioneel gebracht is het zeker. Geen haperingen, geen lacunes, iets té vlot misschien? Knap maakwerk, snitpak op maat gesneden. Scènes ‘uit het leven gegrepen’: partnerruil, spreekbeurt van TV-verslaafde schooljongen, pittoreske armoede, het reservaat (stijl Godfried Bomans), mijn dood (zelfrelativering), liedjes over de Hollanders (knipoogjes naar Vlaanderen), de liefde en de warme menselijkheid natuurlijk, vrijblijvende waarschuwingen ook tegen de teloorgang en de wereldpolitiek, maar vooral een boodschap van vertrouwen. Conférences rond het thema schuldgevoel, het moderne onderwijs (foei!), het gezin, de middelmatigheid. Alles zonder enig sarcasme of cynisme, gestroomlijnd zacht over de hoofden neerdwarrelend. Geen schokken, geen échte prikken. Vele typetjes langs hun klein-menselijke kant bekeken, wat ze eerder meewarig en dus algemeen-menselijk maakt dan afstotelijk en vatbaar voor kritiek. Voor de middenstanders onder ons,” zo besluit Jo.
Het spreekt dan ook vanzelf dat Van Vliet ook nu nog zich inhoudelijk distantieert van wat hij een spijtige trend onder komieken noemt. “Cabaret is de jongste jaren erg grof geworden. Hoe scherper stand-up comedians uit de hoek kunnen komen, hoe leuker ze het vinden. Daar doe ik niet aan mee. Ik kies nog altijd voor een milde toon met veel muziek, grappen en levensbeschouwelijke typetjes. Die stijl is zeldzaam geworden.
Paul van Vliet was eigenlijk al een tijdje gestopt, maar met zijn theaterprogramma “Nu!” greep hij enkele jaren geleden terug naar zijn tijdloze repertoire. “Dat zijn leuke dingen voor de mensen!”

Ronny De Schepper

Referentie
P.B., “Mijn visie op humor is zeldzaam geworden”, Gazet van Antwerpen 11 januari 2013

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.