Het is vandaag al 55 jaar geleden dat de Britse toneelauteur Joe Orton door zijn geesteszieke partner Kenneth Halliwell werd vermoord. Halliwell pleegde daarna zelfmoord. Voor mij is dat een aanleiding om het even te hebben over de derde, nooit gedraaide Beatles-film “Up against it!”…

Joe Orton was al de scenarist van de twee Beatle-films, die we wél allemaal kennen, namelijk “A hard day’s night” en “Help!”. Alhoewel critici voor 90, zo niet voor de volle 100% de voorkeur geven aan de zwart-witte debuutfilm boven de opvolger in technicolor is om sentimentele redenen mijn lievelingsfilm “Help!” uit 1965. Het is gewoon aandoenlijk hoe Paul McCartney en George Harrison hun best doen om ongeveer het niveau te halen van een doordeweeks amateurgezelschap. Ringo Starr stijgt daar een eindje boven uit en John Lennon is gewoon zijn onuitstaanbare zelf.
Kortom, beide films zijn zeker geen meesterwerken. Maar The Beatles waren ontzettend populair en dus moest er – vooral in navolging van Elvis Presley, al had Engeland hier ook al een traditie opgebouwd met de films van Cliff Richard – ook op dat vlak langs de kassa gepasseerd worden. In 1964 werd er een contract getekend voor drie films, waarvan Richard Lester er twee voor zijn rekening nam, namelijk “A hard day’s night” en het reeds genoemde “Help!” Daarna hielden The Beatles het voor bekeken, omdat ze zelf niet tevreden waren over het resultaat en, vooral, omdat ze een bloedhekel hadden aan de opnames.
Dat belette echter niet dat Orton een derde scenario klaar had. Dat was dan “Up against it!” en het zou in 1967 worden verfilmd. Het werd echter door Brian Epstein afgewezen, wellicht omwille van de redenen die ik hierboven reeds heb gegeven. Er waren echter ook concrete aanleidingen om het scenario van de hand te wijzen.
In het verhaal gaat men er immers van uit dat de vrouwen aan de macht zijn gekomen en de mannen zitten dan ook onder de plak. Door allerlei omstandigheden worden de vier hoofdpersonages (rollen uiteraard bedoeld voor The Beatles) betrokken bij een complot dat de vrouwelijke tirannie omver moet werpen. Daarvoor moeten ze o.m. alle vier vrouwenkleren aantrekken en de vrouwelijke minister-president (een onbedoelde voorafschaduwing van Margaret Thatcher) vermoorden. Bovendien moesten ze in de finale alle vier met één vrouw het bed in duiken.
Nou nou, dat was toch een beetje teveel van het goede, vond Epstein en hij stuurde het scenario terug naar af. Op 9 augustus 1967 zou de homoseksuele Joe Orton door zijn partner Kenneth Halliwell worden vermoord (*), maar hij vond toch nog de tijd om zijn tekst te herwerken. De meest ingrijpende wijziging is dat het aantal hoofdpersonages van vier naar drie werd teruggeschroefd. Volgens Mel Gussow in The New York Times van 5/12/1989 zou George Harrison (al dan niet op eigen verzoek) worden geslachtofferd. Gussow schrijft dit in zijn recensie van de versie met drie die veel later (in 1989 dus) tot een soort van rock-opera werd verwerkt door Todd Rundgren. Ook in deze versie zou Ringo Starr de voornaamste rol hebben gekregen, ook al zou hij er (volgens Gussow) dan eerder als een Rolling Stone dan als een Beatle hebben uitgezien. Whatever that means
Er circuleren ook nog twee andere cowboyverhalen. Een eerste is dat Richard Lester van plan was om met The Beatles “De drie musketeers” te verfilmen (want zoals iedereen wel weet, waren de drie musketiers met vier). Het zou dan uiteraard een soort van parodie worden, maar zelfs in die vorm ging het project niet door. Enkele jaren later zou Lester dan toch nog zijn project realiseren, deze keer met échte acteurs, maar de ironische knipoog bleef behouden.
Daarnaast is er het gerucht, weliswaar gelanceerd door Paul McCartney zelf, dat The Beatles in de jaren zestig plannen hadden om “The Lord of the Rings” te verfilmen. Ze hadden zelfs al een rolverdeling: Paul als Frodo, John Lennon als de slechte Gollem, George Harrison als tovenaar Gandalf en Ringo als Frodo’s vriend Sam. Als regisseur zou John Lennon, die – nog steeds volgens Paul – de initiatiefnemer was van het plan, Stanley Kubrick aangezocht hebben, maar ook die is ondertussen overleden, zodat hij het verhaal niet meer kan bevestigen of ontkennen. Volgens Paul is het plan uiteindelijk niet gerealiseerd omdat auteur Tolkien van zijn kant het niet zag zitten dat zijn geesteskind “door vier langharige poedels om zeep zou worden geholpen…”
Die derde film is er dan uiteindelijk toch nog gekomen (rules must be obeyed), maar dat is dan niet de televisiefilm “Mystery Tour” uit datzelfde jaar 1967, want dat is een initiatief dat The Beatles (en dan vooral Paul McCartney) helemaal naar zich toe hebben getrokken. Nee, ze hebben er zich uiteindelijk kunnen vanaf maken met… de tekenfilm “Yellow submarine” van George Dunning uit 1968.
Opmerkelijk: hiervoor krijgen de Beatles géén credits op de Internet Movie Database. Op het eerste gezicht lijkt dit normaal want The Beatles vertikten het zelfs om de stemmetjes van hun tekenfilmfiguren in te spreken, maar ze komen wél in de film voor, namelijk als ze op het einde “All together now” zingen.

Ronny De Schepper

(*) Op zijn begrafenis werd “A Day In The Life” gespeeld. De eveneens homoseksuele – en bijna precies even oude – Brian Epstein zou op 27 augustus zelfmoord plegen (of althans toch sterven aan een overdosis slaapmiddelen).

Een gedachte over “Joe Orton (1933-1967)

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.