Erik Westerlinck (rechts op de foto) is al mijn vriend sedert het vijfde studiejaar bij de Broeders in Temse en ondanks het feit dat de perikelen van het leven ons soms wel enige tijd van elkaar hebben vervreemd, is het contact en dus ook de vriendschap eigenlijk nooit verloren gegaan. In de 21ste eeuw werden de banden zelfs opnieuw nauwer aangehaald nadat, op vraag van Erik, de Blommenkinders nieuw leven werden ingeblazen, deze keer als quizploeg. Helaas is dit ondertussen ook alweer verleden tijd, maar Erik, die een uitstekende fietser is, gaat wel in Tenerife vaak fietsen met mijn zoon John en zo blijft de band toch bestaan.

Erik Westerlinck (°Temse, 1951) is als persfotograaf actief sinds 1976. Hij fotografeerde voor weekblad Het Vrije Waasland en de dagbladen Het Volk en Gazet van Antwerpen, maar verwierf bovenal bekendheid als sportfotograaf van Het Nieuwsblad. Hij exposeert wielerevenementen (o.a. overwinningen van Jan Bogaert), de kampioenstitels van plaatselijke sportclubs (VK Tielrode, KSV Temse, Scheldejeugd, Volleybalclub Temse…), acties van Boelwerknemers, bezoeken van Koning Boudewijn en Prins Filip aan de Boelwerf, spectaculaire voetbalbeelden, veldritten in Hamme-Zogge en andere crossen, carrière Greg Van Avermaet… Verder ook foto’s van buiten het Waasland zoals de Memorial Yvo Van Damme, de Tourrit 2014 op de kasseien van Parijs-Roubaix, heel wat beelden van de jaarlijkse Nekkanacht in het Antwerpse Sportpaleis…

Erik was destijds de auteur van het “dagboek van de Blommenkinders” (van 10 september 1967 tot 28 september 1968), iets waarvan ik het bestaan helemaal was vergeten, al heb ik het zelf opgestart, voor dat Erik het op 19 november 1967 van mij overnam. Het spreekt vanzelf dat ik dit dagboek in extenso heb overgenomen op mijn blog, want het is een ongeëvenaard tijdsbeeld. Niet alleen omdat “la petite histoire” óók geschiedenis is, maar vooral omdat het dus in die tijd zelf is geschreven en niet opgesmukt door onze herinnering achteraf…
Bovendien is het ook van belang voor de carrière van Erik. Een beetje verder kunt u lezen hoe het oorspronkelijk een ander Blommenkind, namelijk Etienne Van Damme, is die was aangestoken door de fotografie.
Al vlug nam Erik echter de fakkel over, zoals men kan zien op bovenstaande foto (al is het onduidelijk wie déze foto dan heeft genomen, misschien toch nog Etienne?) en zou hij later zelfs als professioneel fotograaf aan de slag gaan. Erik specialiseerde zich in sportfoto’s en ik herinner me nog dat één van onze eerste professionele samenwerkingen een interview met José De Cauwer was dat ik heb afgenomen en waarbij Erik voor de foto’s heeft gezorgd. Sedertdien stuurt Erik mij ook vaak wielerfoto’s door die te bewonderen zijn op mijn facebook-pagina. Ik denk aan foto’s van het veldrijden, van het criterium in Sint-Niklaas en vooral van de kasseiritten in de jongste Ronde van Frankrijk (zie album 2014 en 2015).
Maar toen we zestien waren, hadden we dus een clubje dat zich “De Blommenkinders” noemde naar het hitje van Armand. Eigenlijk een belachelijke naam voor vier opgeschoten kerels met de baard in de keel en beginnende haargroei op de wangen (Etienne Van Damme, Willy Gosselin, Erik Westerlinck en ikzelf). Als verontschuldiging kan ik alleen maar volgend rekensommetje aanvoeren: 1951 + 16 = 1967. Sedert “De Prehistorie” een verplicht vak op de middelbare scholen is geworden weet iedereen nu wel wat dat betekent: flower power. Het jaar daarop reden tanks Praag binnen en braken studenten in Parijs de straatstenen op omdat zij “sous les pavés la plage” meenden te ontdekken. Met een waterkanon werden de bloemen uit het Vondelpark gespoten, het hek was van de Dam. Later zouden we met de jongerengroep De Veldstraat nog op bedevaart gaan naar deze plaats (de Dam dus), maar ondertussen waren we met de Blommenkinders met van alles aan ’t experimenteren, al bedoel ik daar zeker geen drugs mee…

Nee, ik heb het eerder over “artistieke” experimenten, al zijn de aanhalingstekens hier zeker op hun plaats. Eerst probeerden we het met luisterspelen (foto). Het eerste, “Michelle”, ging over The Beatles. Later werd het uitgebreid en kreeg het bijgevolg ook een andere titel, namelijk “Yellow submarine”. En op 1 november 1967 namen we onze eigen versie op van Mark Twains “Tom Sawyer”. Met Erik Westerlinck in de titelrol en ikzelf als Huckleberry Finn. Willy Gosselin was zowel Ben als Injoe Joe en Etienne Van Damme was Potter. Aangezien Erik ook al de rol van Michelle had vertolkt in ons Beatle-luisterspel, was het de bedoeling dat hij met falsetstem ook de rol van Becky Thatcher (het vriendinnetje van Tom) voor zijn rekening zou nemen, maar uiteindelijk werd voor deze rol niemand minder dan mijn moeder opgetrommeld. Zelfs mijn vader werd overhaald om de (kleine) rol van rechter op zich te nemen.
Aan dit luisterspel zijn, net zoals bij “Yellow submarine”, allerlei anekdoten verbonden die ontzettend grappig zijn voor de deelnemers, maar die voor buitenstaanders verschrikkelijk onnozel blijken. Ik probeer er toch een aantal over te brengen. Zo bijvoorbeeld Willy die Becky Thatcher tot “Becky Tetjes” omdoopte of Etienne die zich door Mark Twain liet meeslepen en van de zin “er waren tientallen gangen” maakte: “er waren tientallen, honderdtallen, duizendtallen gangen!”
Met Mark Twain zelf hebben we trouwens ook goed moeten lachen toen hij schreef: “Tom voelde in zijn zak: hij had maar een stompje meer…”
Aangezien Etienne ondertussen aangestoken was door de liefde voor de fotografie, schreef ik een scenario voor een fotoroman rond de Blommenkinders, waarbij we samen een detectivebureau vormden, uiteraard geleid door Etienne (Steve Dane). Erik (Ken Stevens) was “een klein genie” met een brilletje (een soort Harry Potter avant la lettre) die allerlei James Bond-gadgets ontwierp, terwijl ikzelf dan weer als Ron Dovan de playboy-kant van Bond incarneerde. Tenslotte was er Red Baron (Willy), die eigenlijk maar loopjongen was, maar die er uiteindelijk toch voor zorgde dat een moeilijke zaak opgehelderd werd. Het verhaal heette dan ook “Zijn eerste opdracht”.
De tekst is echter verloren gegaan en wel op een eigenaardige manier. Ik heb mijn kopij tien jaar later immers aan Pol Evrard gegeven, de toenmalige manager van Raymond van het Groenewoud, met de bedoeling dat het verhaal in diens fanblad “Harnanas” zou verschijnen, met een aangepaste rolverdeling: Raymond uiteraard als de grote baas, Jean Blaute als het “klein genie”, Stoy Stoffelen als de playboy en Mich Verbelen als het rondborstige Jerommeke. Mijn begeleidende brief is wel in het eerste nummer van “Harnanas” verschenen, maar daar bleef het dan ook bij. “Harnanas” zelf ook trouwens…
Tegen dat het verhaal af was, was Etienne (die, aangezien hij als enige een schrijfmachine bezat, mijn teksten in viervoud had overgetypt) al verlost van zijn fotomanie. Maar hij had wel Erik Westerlinck aangestoken en deze keer voor goed: Erik zou later ook als professioneel sportfotograaf actief zijn.

44 Poseren met een drankje


Werd “Zijn eerste opdracht” uiteindelijk nooit “verfilmd”, dan was het bijgevolg Erik die met een idee afkwam voor een volgende “film”, deze keer met dia’s (foto). Opmerkelijk was dat Etienne Van Damme voor deze “film” van naam verandert: hij heet nu namelijk Stevie Marlowe. Andere medewerkers waren Jean-Pierre Robberecht als Marty Mansfield, Rudy De Vleeschouwer als Dave Taylor, Marc Pellecom als John Caldwell en Luc Engels als Samuel Butler.
Het verhaal “The picture of your life” ging over een popgroep die op een fotoshoot toevallig in een drugstrafiek verzeild geraakt (de drugshandelaren contacteerden hun klanten met een berichtje in de krant dat je “de foto van je leven kon maken” op die plaats en op die dag en uur en toevallig viel dit samen met de fotoshoot). Tijdens het gevecht dat daarop volgt (met als locatie een autokerkhof op de Velle) word ik gedood (ik had het oorspronkelijke idee van Erik verder uitgewerkt en het leek me wel een romantisch idee van jong te sterven, al was het dan maar in een diafilm) en daarom heet de elpee die de groep daarna uitbrengt “The picture of your life”. Dit verhaal is helemaal “verfilmd”, met klankband en alles, maar bij mijn weten nooit vertoond.

Dat was wel het geval met een derde poging (foto), waaraan ikzelf echter maar weinig heb deelgenomen. Ik kan me niet meer herinneren hoe het heette en hoe het verhaal ging en of ik het wel zelf had geschreven, maar ik vermoed van wel aangezien ik er een liefdeshistorie tussen mij en mijn toenmalig lief in had verwerkt. Korte tijd nadien betrapte ik haar echter met een ander in jeugdclub ’t Broebelke en ’t was uit met de liefde. Tegen de “filmmakers” zei ik: je zal moeten kiezen tussen haar en mij. O.K., zeiden ze, tot ziens dan maar. Het ironische is echter dat uiteindelijk ook mijn toenmalig lief niet in die “film” belandde. Zij werd vervangen door… Sonia Weyn, jawel mijn latere echtgenote…

Ronny De Schepper

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.