In de veronderstelling dat het niet “van vóór uwen tijd” is, zou de naam Pierre-Alain Volondat u toch nog iets moeten zeggen. Precies, het was dat nare mannetje dat in 1983 de Elisabethwedstrijd voor piano heeft gewonnen. Volondat gedroeg zich ook al excentriek tijdens de wedstrijd zelf en meed alle contact met de andere deelnemers. Vooral Serge Edelmann stak daarom graag de draak met hem. Op een dag dat Volondat er genoeg van had, ging hij er naartoe en verklaarde: “Moi, je gagnerai cette compétition tandis que vous ne serez que sixième.” En zo geschiedde. (Bron: Sonia Cantré op Klara, 14/5/2010)

Maar goed, toen hij had gewonnen was hij met zijn dromerige blik niet van het podium weg te krijgen en blééf hij maar buigen. Ik zat toen niet in de zaal, maar ik heb Volondat toch ooit eens in levende lijve ontmoet, eveneens in Brussel. Echter niet in het Paleis voor Schone Kunsten, maar in het poppentheater van Toone, waar hij “De Drie Musketiers” aan de piano begeleidde. Ongelooflijk, nietwaar? Zo’n virtuoos en dan “zo diep gezonken”. Het eigenaardige was: ik had helemaal dat gevoel niet en ik dacht Volondat zelf (die ik niet heb gesproken) ook niet. Hij was nu integendeel veel menselijker. Hij woonde in die tijd in een afgelegen dorp in Frankrijk en hield zich daar vooral bezig met componeren. Maar dat de klad zat in het virtuozendom, dat was wel duidelijk natuurlijk. Nog altijd trouwens, als ik mag uitgaan van het korte interview dat Sander Van den Broecke van hem heeft afgenomen: “In ons wereldje is het gebruikelijk om te zeggen dat je het druk hebt, maar ik heb het helemààl niet druk. En geloof me: ik ben lang niet de enige. Het is crisis in onze wereld, ik speel amper nog tien concerten per jaar.” (Humo 13/5/2008) Binnenkort allen naar Toone! Misschien zit hij er weer opnieuw aan de piano.
De laatste keer dat ikzelf Volondat nog eens heb gezien, was tijdens het concert t.g.v. 50 jaar Vlaamse televisie. Zijn optreden zelf heb ik gemist, maar ik zag hem op de slotbeelden een beetje onhandig huppelen op “En dans” van Clouseau. Dàt vond ik veel pijnlijker dan zijn optreden bij Toone. Als klassieke musici en popmuzikanten samen iets doen, is het altijd op het niveau van deze laatsten. Je kunt immers moeilijk aan Koen en Kris Wauters vragen of ze even het dubbelconcerto voor viool en cello van Johannes Brahms zouden willen vertolken. En dan staat zo’n man als Volondat daar een beetje onnozel te wezen, terwijl het in principe eigenlijk omgekeerd is (neem me niet kwalijk, jongens, eigenlijk bedoel ik het zo niet, dat weten jullie ook wel, tenslotte ben ik nog altijd een grote fan van Status-Quo, maar soms is het toch nodig de zaken even in het juiste perspectief te plaatsen).
Deze Franse pianist, geboren in Vouzon (Loire et Cher), werd dus winnaar van de Elisabethwedstrijd 1983. In de finale speelde hij het tweede pianoconcerto van Liszt. Robert Groslot stipte aan dat wanneer hij diezelfde opname later eens terughoorde (zonder te weten wie er speelde) dat hij dat helemaal zo goed niet meer vond. M.a.w. men luistert tijdens de wedstrijd met andere oren.
Volondat heeft daarna zijn studies aan het prestigieuze Conservatoire de Paris afgezworen en is van vooraf aan herbegonnen bij Vera Moore, die zich op een ietwat mystieke wijze op Clara Schumann beroept. Pierre-Alain Volondat is hierin volledig meegemarcheerd in die zin dat hij nu als een kluizenaar leeft op het Franse platteland, waar hij tuiniert en leeft van de opbrengst van zijn eigen oogst. Hij bakt zelfs zijn eigen brood. Het moest er bijgevolg ook van komen dat hij zijn eigen muziek is beginnen schrijven. Zo moet ondertussen zijn “Segments” al gecreëerd zijn. Maar van al deze metafysische bedenkingen is eigenlijk weinig te merken op de CD gewijd aan Gabriel Fauré die door Naxos als CD van de maand werd uitgeroepen (en die terloops gezegd in de Antwerpse Singel werd opgenomen). Volondats versie van diens dertien Barcarolles en van de Ballade op.19 is immers puur speelplezier. Maar misschien is het dat juist wat Volondat met al zijn rare kuren eigenlijk beoogt: zich concentreren op het plezier van het spel en van het spelen. En wie zijn wij om hem dat plezier te ontzeggen? Minder tevreden zijn we over het begeleidend boekje dat weliswaar een Nederlandse tekst bevat, wat uiteraard lovenswaardig is, maar de kwantiteit en de “kwaliteit” van de fouten die erin staan, zijn eigenlijk een vorm van misprijzen voor onze taal. (Gabriël Fauré, Barcarolles/Ballade, Pierre-Alain Volondat, Naxos 8.553634)
Maar goed, misschien komt dit alles wel aan bod in de tweedelige documentaire van Dimitri Van Zeebroeck, die op Canvas te zien was. Ikzelf grijp het aan om mijn bedenkingen over zijn prestatie in de Elisabethwedstrijd (het wereldkampioenschap voor virtuozen, zeg maar) nog eens te herhalen, want ergens is Volondat het symbool waarvoor deze wedstrijd staat. (En nu moet ik me weer verontschuldigen bij mijn dierbare vriend Michel-Etienne Vanneste die zo’n voortreffelijk werk verricht aan het hoofd van deze wedstrijd, maar hij zal mijn opmerkingen inderdaad wel “in het juiste perspectief” kunnen plaatsen.)

Let echter vooral op de slotparagraaf die niet afkomstig is van mij, maar van mijn vriend en collega Lode De Pooter: “Het was voor iedereen en voor drukbezette journalisten in het bijzonder erg moeilijk om deze wedstrijd van begin tot einde te volgen. Toch heeft de round-up in afwachting van de uitspraak van de jury (28-5) ons de gelegenheid gegeven een beeld te vormen van het peil van de kandidaten. Waren de muzikale fragmenten (begrijpelijk) misschien iets te kort (met telkens een vals klinkende start, dát zou technisch toch niet mogen), dan waren de commentaren van de specialisten en de halve leken, uitgelokt door een nog steeds vlotter pratende Fred Brouwers, erg verhelderend.
Zo kunnen wij ons net als zij wel achter de bekroning van de Fransman Pierre-Alain Volondat scharen, zij het met de bedenking dat hiermee hopelijk niet de alles verblindende passie wordt beloond. Anders worden een aantal kleine kinderen die toevallig een beetje piano kunnen spelen door over-ijverige ouders weer van ’s morgens tot ’s avonds in hun studeerkamertje opgesloten.
Onze voorkeur ging daarom eerder uit naar de Bulgaar Boyan Vodenitcharov, die op een verdiende derde plaats beslag mocht leggen, en naar de Braziliaanse Eliane Rodrigues die tot veler ontgoocheling geen plaats op het ereschavotje kreeg toegewezen (de jonge Duitser Wolfgang Manz kwam verrassend op een tweede plaats uit), omdat deze mensen in hun interpretatie een dimensie legden die vanuit hun persoonlijkheid scheen te komen, terwijl Volondat het meer abstract uit het stuk zelf puurde. Maar heel mooi, dat wel.
Onze aanvankelijke bewondering sloeg evenwel over in verwondering toen wij de winnaar daags na de wedstrijd op de RTBF (29-5) enkele zinnen hoorden brabbelen die erop neerkwamen dat hij eigenlijk met een Zending gelast is door een Hogere Macht en hij deze via zijn pianospel wil overbrengen. Wij hebben er nog ene gekend die zoiets zegde. Het was ook een artiest en hij had eveneens een snorretje. Van verdere vergelijkingen onthouden wij ons vooralsnog…”

Referentie
Ronny De Schepper (BRT) en Lode De Pooter (RTBF) in De Rode Vaan nr.23 van 1983

10 gedachtes over “Pierre-Alain Volondat wordt zestig…

  1. Ik ben reeds een hele tijd op zoek naar de beeldopname van het Elisabeth concours van 1983 met Pierre Volondat met het 1e pianoconcert van Tsjaikovski. Misschien via deze reactie kan iemand mij hieraan helpen. Al heel veel geprobeerd (ook VRT) maar tot nu toe niets.

    Geliked door 1 persoon

    1. Blijf volhouden ! Maar ik zeg ook dat ieder optreden van de man achter de piano een zegen is ook zonder de beelden. De man is zo muzikaal dat ook zonder de beelden de sterren van de hemel vallen.

      Like

  2. Eergisteren onverwacht een oud fenomeen gezien, dat elke pianist kent: Pierre VOLONDAT. Onbekend en na het winnen van de K.Elisabethwedstrijd wereldberoemd door een verpletterd publiek. Duidelijk is dat de wereld destijds nog geen weet had van autisme. Nu was dat al bij opkomst volkomen duidelijk. Wat men zo wonderlijk aan hem vond, naast zijn verpletterende performance, was dát. Tevens werd hem dat ook fataal. Niemand wist daar mee om te gaan. Geweldig vond ik de kanttekening van de toen jonge Jan Wijn. Hij wilde liever het pianoconcert van Liszt zwieriger gespeeld met veel lol. (Daarmee gaf hij zijn muzikale zienswijze weer die hem tot een uitmuntende muzikale pianoleraar maakte) En dát was juist wat de geniale autist Volondat nooit zou kunnen. Hij speelde waarbij je op het puntje van je stoel zat, en hij deed dat volkomen geloofwaardig. Zoals één van de commentatoren stelde: volkomen oprecht en in evenwicht; hij speelde zichzelf. Juist opgemerkt. Ik ken weinig autisten als pianist (slechts één, nu twee). Zij hebben ergens een mankement en kennen ahw geen ontspanning, maar daar tegenover kunnen zij iets extra’s hebben qua muzikaliteit en (kennelijk) ook qua virtuositeit dan wie dan ook. Los van de vraag of dat dan ook de juiste interpretatie is kan een performance tot een top ervaring leiden. Volondat zei dat hij wist dat hij ging winnen, en ja dat gebeurde. Hij wist dat en nam vervolgens onbewogen het eerbetoon in ontvangst. Mooi om deze kennelijk bestaande, niet helemaal goede, opname op België te mogen terugzien.

    Geliked door 1 persoon

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.