Fons Mariën las De koning van het schimmenrijk van Javier Cercas.
Vroeger heb ik al boeken van Javier Cercas gelezen, met name ‘Soldaten van Salamis’ en ‘Outlaw’. Deze Spaanse schrijver heeft met ‘De koning van het schimmenrijk’ opnieuw een boek over de Spaanse burgeroorlog geschreven. Deze keer gaat het om een familiegeschiedenis: Manuel Mena, de oom van Cercas’ moeder, sneuvelde in 1938 op negentienjarige leeftijd in die strijd. Zijn hele leven lang heeft Javier van zijn moeder verhalen gehoord over die ‘held’. Held staat hier tussen aanhalingstekens, want Manuel Mena vocht aan de zijde van de Franco-troepen. Vanuit Javiers oogpunt vocht hij dus aan de verkeerde zijde. De Spaanse burgeroorlog verdeelde de geesten in Spanje heel diep en dat heeft tot op de dag van vandaag gevolgen. Het gevolg onder meer dat Javier als schrijver zich afvraagt of hij wel een boek over Manuel Mena moest schrijven. Hij begint weliswaar gegevens over zijn oudoom te verzamelen, via documenten in archieven en gesprekken met oude mensen die Manuel nog gekend hebben. Daarvoor moet hij geregeld terug naar Ibahernando, het dorp in het arme Extremadura waar zijn moeder vandaan komt en waar zijn familie woonde. Javier Cercas’ ouders emigreerden na de oorlog naar Catalonië, dat welvarender was.
Uiteindelijk wordt de schrijver toch meer geïntrigeerd door deze familiegeschiedenis en besluit hij het boek, dat hij lang voor zich uit geschoven heeft, te schrijven. Dat resulteert in een boek met hoofdstukken die afwisselend de geschiedenis van Manuel Mena beschrijven en afwisselend Javiers zoektocht en twijfels weergeven. Het boek is daardoor zeer gelaagd en genuanceerd, ook al geeft de auteur duidelijk weer dat hij niet achter de keuze van zijn oudoom staat. Met het schrijven van dit boek wil hij tegelijk aan zijn moeder getuigenis afleggen, zowel van de geschiedenis als van zijn eigen visie.
Kortom, een boeiend boek, zeker voor wie de geschiedenis van de Spaanse burgeroorlog interessant vindt. Zoals dat bij mij het geval is.
Fons Mariën