Dertig jaar geleden had ik het in mijn toneelrubriek in De Rode Vaan over twee toneelstukken die konden worden samengevat onder de noemer “verteltheater”. En zo gezegd, zo gedaan!

« Ik wil u een verhaal vertellen ». Dat zijn de eerste woorden van Lieve Moorthamer, wanneer ze (vanuit het publiek) de geïmproviseerde scène van de aula van de Gentse Rijksuniversiteit opstapt. Dan doet ze haar jas uit en daar staat ze : Rosalie Niemand. Tijdens de lunchpauze zal ze vlug even haar levensgeschiedenis vertellen. Arne Sierens heeft méér tijd nodig. Hij vertelt dan ook twéé verhalen : de moord op Lev Trotski (foto) en die op Emiliano Zapata.
Wat hebben die twee nu met elkaar te maken, vraagt u zich misschien af. En terecht. Het zijn weliswaar beiden in Mexico vermoorde revolutionairen maar het grootste nadeel van het stuk « Los Muerticitos/Onze Lieve Doden » is inderdaad dat er haast geen raakpunten zijn tussen de populaire boerenleider en de geïsoleerde Russische balling. Dat ze met een verschil van 21 jaar (1919-1940) werden vermoord is daarbij vanuit theatraal oogpunt zelfs van minder belang. Even onbelangrijk als het toevallige detail dat ze beiden in 1879 geboren zijn.
Neen, het is veeleer in sfeer dat beide verhalen « schuren ». In het verhaal van Trotski zoals dat door zijn weduwe Natalia Sedowa (Gert Portael) wordt verteld, is het duidelijk dat de Mexicaanse achtergrond (overigens met minimale elementen briljant opgeroepen door het decor van Tone Pauwels en de belichting van Stef Viaene) eigenlijk maar bijzaak is. De drie « Zapatistas », Ramon, Angel en Serafin, daarentegen vertellen hun verhaal « vanuit de buik ». In dit onderdeel haalt Arne Sierens bijna het niveau van zijn ontroerende « De soldaat-facteur en Rachel » (zie rv nr 45 van 1986) waarin de twee hoofdpersonages (gespeeld door hemzelf en de reeds genoemde Gert Portael) letterlijk met beide voeten in de slijkerige West-Vlaamse bodem wegzakken. Geen slijk in Mexico uiteraard, maar wel datzelfde medevoelen, dezelfde passies, het zelfde succesrijke ineenstrengelen van liefde en dood. De passionele liefde tussen Angel (Wouter Van Lierde) en Jesusita, de echtelijke liefde tussen Serafin (Mark Verstraete) en Esperanza, de liefde van Ramon (Bart Van Avermaet) voor zijn broer.
Natuurlijk is er ook de liefde tussen Natalia en Trotski, maar deze wordt op een heel andere manier naar voren gebracht. Met ironiserende trekjes, cynisme zelfs, kortom intellectualistischer, afstandelijker, helemaal in de geest van de personages zelf. Arne Sierens (die overigens zelf de regie heeft verzorgd van deze Korrekelderproductie) heeft verklaard dat het verhaal over Trotski ook best apart kon worden gebracht, maar dat hij het juist een uitdaging vond om de twee « lamento’s » samen te voegen, met als leidraad « de dag der doden », wat overeenkomt met onze Allerzielen, maar die in Latijns-Amerika uitbundig wordt gevierd. Van dat « vieren » was overigens niet veel te merken, misschien daarom dat de samenvoeging zo zwaar op de hand was. Laten we hopen dat Sierens deze krachttoer niet probeert te herhalen in de stukken die nog moeten volgen. Deze twee verhalen maken immers deel uit van een « Kroniek XX », een ambitieus project waarin Sierens de mythologische geschiedenis van de twintigste eeuw tracht samen te vatten.
Hoeft het nog gezegd dat de muziek voor het stuk van Sierens gecomponeerd werd door Johan De Smet, de man met wie hij reeds drie opera’s heeft geschreven? Diezelfde De Smet is ook verantwoordelijk voor de muzikale intermezzo’s bij « Rosalie Niemand », waarin hij Lieve Moorthamer de kans geef haar onmiskenbare zangtalent aan te boren. Maar nog veel meer dan haar vocale kwaliteiten komt in deze aangrijpende monoloog haar acteerprestatie naar boven. Het zou ons niet verwonderen mocht het haar hier of daar een prijs opleveren.

Referentie
Ronny De Schepper, Verteltheater, De Rode Vaan nr.4 van 27 januari 1989

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.