Fons Mariën las Links is niet woke van Susan Neiman…
Onlangs is de Nederlandse vertaling verschenen van ‘Left is not woke’ van de Amerikaanse filosofe Susan Neiman. In dit boek bekent de schrijfster zich tot het linkse kamp en probeert ze duidelijk te maken dat hedendaags woke-links in feite niet echt links is. Net zoals anderen die ze kent, herkent ze zich niet in woke-links. Susan Neiman onderzoekt de filosofische achtergrond van woke.
Woke-links appelleert aan ‘linkse’ emoties: “Wat verwarrend is aan de woke-beweging is dat de aanhangers alle gevoelens uiten die traditioneel bij links horen: empathie voor de gemarginaliseerden, verbolgenheid over het lot van de onderdrukten, vastberadenheid dat onrecht uit het verleden rechtgezet zou moeten worden.” (p. 15). Woke is te vaak een vorm van symboolpolitiek geworden en is te weinig gericht op maatschappelijke verandering. Vooral de theoretische ideeën die schuil gaan achter het woke-gedachtegoed zijn volgens filosofe Susan Neiman in wezen niet links. Essentieel hiervoor zijn volgens haar “een streven naar universalisme, een duidelijk onderscheid tussen recht en macht en een geloof in de mogelijkheid van vooruitgang” (p. 12). Meteen hebben we hiermee de drie hoofdstukken van haar boek genoemd. De theoretische aannames van woke-links ondermijnen de linkse gevoeligheden. Volgens Neiman is rechts gevaarlijker maar heeft “links afstand gedaan van die ideeën die we nodig hebben als we de ruk naar rechts willen tegengaan” (p. 13).
Belangrijk in haar gedachtegang is het concept universalisme dat ze tegenover tribalisme plaatst. Neiman gebruikt deze term in de plaats van identiteitspolitiek. Er is niet alleen het tribalisme van nationalistisch rechts (genre ‘eigen volk eerst’ bij ons), maar nu ook een links tribalisme, gericht op minderheidsgroepen, voornamelijk gevormd rond (vermeend) ras of etnische afkomst en rond genderverschillen. Volgens Neiman zijn gedeelde overtuigingen van groter belang dan de toevallige verbondenheid rond bijvoorbeeld eenzelfde bloedband. De reductie van de identiteit tot hoofdzakelijk twee kenmerken (ras en gender) gaat bovendien gepaard met een shift die de slachtoffers van (historisch) onrecht centraal plaatst, terwijl voorheen vooral de’ helden’ alle aandacht kregen. “De beweging voor de erkenning van de slachtoffers van slachtpartijen en slavernij begon met de beste bedoelingen” (p. 25). Maar slachtofferschap of lijden is geen verdienste of iets om trots op te zijn. Slachtofferschap te boven komen is dat wel. Of slachtofferschap kan aanleiding zijn tot eisen tot schadeloosstelling. Dit vasthangen aan slachtofferschap is gelieerd aan de standpunttheorie. Susan Neiman “zou liever zien dat we naar een model terugkeren waarbinnen je aanspraken op autoriteit gericht zijn op wat jij voor de wereld hebt gedaan, en niet op wat de wereld jou heeft aangedaan” (p. 28).
Voor Neiman is het universalisme belangrijk: “het idee dat er één wet zou gelden voor protestanten en katholieken, joden en moslims, landheren en boeren, simpelweg op grond van hun gemeenschappelijk menszijn, is een recente verworvenheid die onze aannames nu zo volledig bepaalt dat we het helemaal niet als een verworvenheid herkennen” (p. 33). De auteur traceert dit universalisme, deze verworvenheid terug tot de Verlichting. Ook de idee van rechtvaardigheid en de mogelijkheid tot vooruitgang zijn terug te voeren tot de Verlichting. Het is nu juist in het hedendaagse woke-gedachtegoed dat de ideeën van de Verlichting onder vuur komen te liggen. Het universalisme bijvoorbeeld zou “een vorm van oplichterij (zijn), verzonnen om eurocentrische ideeën die het kolonialisme ondersteunden te verdoezelen” (p. 40). Neiman noemt dit “een verbijsterende beschuldiging” en tracht dit denkbeeld te weerleggen met duidelijke verwijzingen naar auteurs als Rousseau, Voltaire, Diderot en Kant.
Van groot belang is dat de auteur woke vanuit een duidelijk links standpunt bekritiseert. Al te vaak leggen mensen de nadruk op het feit dat woke-kritiek (enkel) van rechts zou komen (genre ‘Over woke’ van Bart De Wever), wat hen doet concluderen dat woke links is. Maar dit is een simplistische redenering en Neimans betoog toont aan dat het woke-gedachtegoed niet echt links is. Sommigen beweren ten onrechte dat woke links is, anderen ontkennen helemaal de bedreiging van woke of beweren dat woke slechts een schijnprobleem is, een rookgordijn waarachter de echte problemen schuilgaan. Voor eenieder van deze mensen is de lectuur van dit boek sterk aanbevolen.
Fons Mariën