De Zweedse sopraan Nina Stemme (foto YouTube) in the Cardiff Singer of the World 1993.
Ze weigerde echter deel te nemen aan de Liedwedstrijd omdat ze zich uitsluitend op opera wilde toeleggen. Daarom zong ze Elsa’s aria uit “Lohengrin” (vooral in de diepte is ze nogal goed, men vergelijkt ze wat dat betreft zelfs met Jessye Norman?!?) en “Per pieta” uit “Cosi fan tutte” met een vreselijk valse en nochtans niet-authentieke hoorn, maar daar kon zij natuurlijk niet aan doen. Daarom werd ze de winnares van de eerste avond en vonden we haar op de finale terug met een aria uit “L’enfant prodigue” van Debussy. Ik verwachtte meer van “Donde lieta usci” uit “La Bohème”, maar ik kwam bedrogen uit. Aangezien ze oorspronkelijk een mezzo was, vroeg men zich af of ze de hoge noten in “Caecilien” van Richard Strauss wel zou halen. Dat viel wel mee, maar dit is toch een Lied? Volgende poging: “Leise, leise” uit “Der Freischutz”, waar ze wat problemen had met haar pianissimo’s. Op het einde van datzelfde jaar werd ze derde laureaat in de Placido Domingo-wedstrijd, zodat ze tijdens het gala met de meester zelf een fragment uit “Otello” van Verdi mocht vertolken. Dat deed ze goed, net als haar interpretatie van “Ebben? No andro lontano” van Catalani.
Ronny De Schepper