Het is vandaag al dertig jaar geleden dat de Vlaamse schrijver André Demedts in Oudenaarde op 86-jarige leeftijd is overleden.
Geboren in Sint-Baafs-Vijve als zoon van landbouwers werd Demedts leraar en publiceerde in 1929 zijn eerste dichtbundel, “Jasmijnen”. Als dichter, criticus en romancier was André Demedts één van de leidende figuren van de “Tijdstroom”-generatie. Zijn romans als “Het leven drijft” (1936), “Afrekening” (1938), “Geen tweede maal” (1941), de trilogie “Kringloop en het geluk” (1951) en “Het Vaderhuis” (1970) gaan meestal over zware gewetensproblemen. Vele van zijn gedichten in “Geploegde aarde” (1931) en “Vaarwel” (1940) hebben een religieuze thematiek. Demedts was immers stichter van het Christelijk Vlaams Kunstenaarsverbond en redacteur van het tijdschrift “Dietsche Warande en Belfort”. In 1957 gaf hij de aanzet tot de oprichting van “Ons Erfdeel”. Van 1949 tot 1971 was hij hoofd van BRT West-Vlaanderen.
Ronny De Schepper