Karl Maria von Weber (1786-1826) componeerde dit werk in de jaren 1817-1821. Het geldt als een mijlpaal in de Duitse opera, zowel nieuw muzikaal met meerlagige harmonieën, zich afzettend tegen de gangbare Italiaanse opera en een voorafspiegeling van Wagner, als inhoudelijk over een duivel die een jagersziel omkoopt met magische kogels.

Operaliefhebbers hadden me gewaarschuwd dat deze enscenering van de Zwitserse theaterlegende Christoph Marthaler helemaal afweek van het origineel, maar deze regisseur en zijn decor- en kostuumontwerpster Anna Viebrock zijn zo geniaal aan het werk gegaan dat  de 5 sterren van De Standaard welverdiend zijn.

De actie speelt zich af in een provinciaal zeer herkenbaar clublokaal, waar de jagers elk met bierkan eenzaam afgezonderd aan een tafel zitten, compleet met klein podium, waarin Marthaler het koor opstelt.

Nadruk in deze regie ligt op de verstardheid van de traditie waarin de mensen gevangen zitten, in dit verhaal de jachtschietproef van Max als bewijs van kunde die een noodzakelijk ritueel is voor zijn huwelijk met Agathe. Vol humor in de dialogen en geactualiseerde gesproken teksten doorprikt Marthaler de bekrompen symbolen met een knipoog naar hedendaagse wrange politieke nationalistische en behoudsgezinde toestanden.

De deconstructie van de finale is een meesterlijke zet. Geen uitgesteld happy end maar een verstikkende neuralgische toestand waarin alle protagonisten terecht komen.

Verrassend ook verving Marthaler de rol van het 17-jarig dienstmeidnichtje Ännchen door de zeventiger Rosemary Hardy, wat daardoor een relativerende en tevens grappige spelmogelijkheid creëert.

Kortom, in de woorden van artistiek directeur Jan Vandenhouwe, Opera Ballet Vlaanderen voelt zich verguld eindelijk voor het eerst ook na deSingel en De Munt (Gerard Mortier!) een productie met deze fantastische regisseur te kunnen brengen. Nog tot 22/03.

Jo Sneppe

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.