Op 28/10/2009 zag ik “La demoiselle d’honneur” van Claude Chabrol uit 2004.
Philippe Tardieu (Benoît Magimel) is verkoopmanager bij een bouwbedrijf; hij woont met zijn moeder (Aurora Clément), een weduwe, en zijn twee zussen Sophie (Solène Bouton) en Patricia (Anna Mihalcea) in een huis in de buitenwijken van Nantes. Aan het begin van de film vertelt het televisienieuws het verhaal van de verdwijning van een jong meisje dat de twee zussen lijken te kennen. Dan stelt Christine, de moeder, haar drie kinderen voor aan Gérard (Bernard Le Coq), een mogelijke toekomstige echtgenoot. Philippe ontdekt al snel dat Gérard de liefde van zijn moeder niet verdient.
Op de bruiloft van zijn zus Sophie ontmoet Philippe Senta (ook bekend als Stéphanie), een van de bruidsmeisjes en nicht van de bruidegom (Laura Smet, dochter van Nathalie Baye en Johnny Hallyday). Onmiddellijk worden de twee jonge mensen verliefd. Maar Senta is een femme fatale, die in de kelder woont van een groot huis waar haar tante (Suzanne Flon) woont.
De verslindende passie die Philippe voor Senta voelt, leidt de twee geliefden tot dubbelzinnige spelletjes. Zo verklaart het jonge meisje op een dag tegen de wijze en openhartige jongeman dat moord voor ieder van hen de beste manier is om hun wederzijdse liefde te bewijzen. Philippe denkt dat Senta een grapje maakt, maar is het echt haar fantasie?
De film laat ons ontdekken dat niet alles onwaar is, maar dat het gevaar groter is in de waarheid dan in leugens, aldus Wikipedia.
Ronny De Schepper (op basis van Wikipedia)