Jan De Smet wordt 65…

Petegemnaar Jan De Smet (in het midden tussen Freddy Maertens en Frank Vandenbroucke) viert vandaag zijn 65ste verjaardag.

Al jaren is deze emeritus van de Gentse Universiteit bezig met alles over wielrennen te verzamelen. Zijn eerste boek ging over de “Groene Leeuw: de wielerploeg die de Keizer uitdaagde”. De man die in één adem wordt genoemd met Groene Leeuw is sportdirecteur Albert De Kimpe. De ploeg Groene Leeuw, genoemd naar zijn vaders fietsbedrijf gelegen langs de Gentsesteenweg in Deinze, startte eerst met enkele streekrenners, maar ontwikkelde zich vrij snel tot een te duchten profploeg. Het hoogtepunt vormde ongetwijfeld de tumultueuze sprint tijdens het wereldkampioenschap in 1963 in Ronse, toen Benoni Beheyt wereldkampioen werd voor Keizer Rik Van Looy.

Daarna verscheen het boek “40+40=70 Het wielerleven van Noël Demeulenaere” over de het leven van wielermecenas Noël Demeulenaere, “Meneer Noël”. Hij was mee de drijvende kracht achter het Beaulieu-imperium van “boer Clerck” en is ex-burgemeester van Wielsbeke. In 1972 stapte Beaulieu in het wielerpeloton als co-sponsor van Flandria (Flandria Beaulieu met o.a. Jan Janssen, Joop Zoetemelk e.a.). Vanaf dan is Meneer Noël in het wielerleven gebleven.
De titel van het boek, “40+40=70”, slaat op 40 jaar in het zakenleven en 40 jaar in de wielrennerij en werd uitgegeven in 2008 toen hij 70 jaar werd. Er was een tentoonstelling waaraan Jan meewerkte en ook een gala-avond. Op de gala-avond waren o.a. Frank Vandenbroucke, Roger De Vlaeminck, Freddy Maertens, Johan Museeuw en Carl Berteele aanwezig. Het is ook toen dat bovenstaande foto werd genomen.
Het boek beschrijft o.a. de verschillende ploegen waar Demeulenaere bij betrokken was, hoeveel overwinningen ze behaalden, welke renners er voor reden enz … Toen Jan De Smet het boek schreef kreeg hij een overzicht van de onderlinge sponsors in de kleine ploegjes zoals Collstrop, Ideal, Ipso, Isoglass, Robland, Eurosoap, Euroclean, enz… Het overzicht leek wel op een spinnenweb. Zo erg was alles met elkaar verweven. Een optimale financiële werking en optimalisatie van de fiscale aftrekmogelijkheden waren hiervan de oorzaak.

Dat moest tenslotte (allé, voorlopig tenslotte) uitmonden in “Achteraan het peloton moet ook reclame zijn”. In dit boek (260 blz.) wordt een mindere periode van de wielergeschiedenis beschreven aan de hand van de avonturen van Ton Vissers, sportdirecteur bij de ploegen Willem II-Gazelle, Gazelle, Canada Dry-Gazelle, Robot-Gazelle, Alsaver, Zoppas, AMKO en Vorselaars Autoschade. De tocht gaat van grote successen ten tijde van Willem II-Gazelle naar steeds minder succes en des te meer moeilijkheden.
Ton Vissers stond echter niet alleen. Ook andere ploegen hadden veel financiële of organisatorische problemen en een aantal daarvan krijgen ook een korte beschrijving zoals de ploegen Peijcom, Wybert-Läkerol, Kela, M.I.C.-Ludo-de Gribaldy, Rompelberg-Bonfrère, Splendor-Presutti, De Onderneming, Piccadilly-Ruysdael, Jet Star Jeans, Bode Deuren en La Cloche.

Referentie

Jan De Smet: van kauwgumplaatje tot wielerboek, Dagelijks iets degelijks, 18 februari 2016