Vandaag is het al 85 jaar geleden dat de eerste plaat gezongen door Frank Sinatra werd uitgebracht. Het betrof “From the bottom of my heart” van Roy Ingraham en Jack Murray. Zoals in die tijd gebruikelijk, werd die wel aangekondigd onder de benaming van de orkestleider, in dit geval Harry James. Sinatra had een tweejarig contract bij hem en werd 75 dollar per week betaald. Ray Setterfield van “On this day” vertelt het verhaal…
Hoewel het nummer misschien uit de grond van Sinatra’s hart kwam, was het toch een flop, met slechts 8.000 verkochte exemplaren – klein bier naar welke maatstaf dan ook. Onverschrokken groeide Sinatra uit tot een van de best verkopende artiesten ooit, met een verkoop van meer dan 150 miljoen platen wereldwijd.
In 1941 en ’42 verscheen hij reeds tweemaal uncredited in films (“Las Vegas Nights” en “Ship ahoy”), maar vanaf 1943 ging zijn filmcarrière dan toch definitief van start met “Reveille with Beverly”. Vijf jaar later was hij te zien in “The miracle of the bells” van Irving Pichel.
Producent Jesse L. Lasky vroeg zelfs toestemming aan de katholieke kerk voordat hij hem castte als Father Paul. De kerk had geen bezwaar. De scènes van Frank Sinatra werden niet geschreven door scenarioschrijver Ben Hecht, maar door DeWitt Bodeen (1908-1988), een auteur van verschillende boeken over Hollywoodsterren.
Ray Setterfield
dagelijks iets degelijks 