Na de Tweede Wereldoorlog waren in Italië de gemoederen tussen links en rechts allerminst gaan liggen. Integendeel, dat had zelfs zijn weerslag op de Ronde van Frankrijk die in die tijd nog met landenploegen werd betwist.

In 1948 moest ploegleider Alfredo Binda zelfs zes kamers huren voor tien renners, omdat het met vijf linksen en vijf rechtsen onmogelijk was om ze per twee in vijf kamers te krijgen! Dat jaar lijkt Gino Bartali de Tour niet te zullen winnen. De 34-jarige Italiaan botst op een jong Frans talent, Louison Bobet, die na twaalf Touretappes de gele trui stevig in handen heeft. Een ramp, zo luidt het bij de Italiaanse premier Alcide De Gasperi. De aanslag op de communistische partijleider Palmiro Togliatti door een fascistische student eerder op deze dag zorgt immers voor een gespannen politiek klimaat in Italië. Een revolutie hangt in de lucht, want de Italiaanse communistische partij was zo kort na de Tweede Wereldoorlog enorm populair bij het niet-fascistische gedeelte van Italië. De volkswoede was dus heel groot.

Volgens de overlevering deed de Italiaanse rechterzijde daarom een beroep op Gino Bartali. Zijn exploten in de Ronde van Frankrijk moesten immers een dreigende burgeroorlog afwenden. Reeds werden de wapens in gereedheid gebracht, toen eerste minister Alcide De Gasperi, de stichter van de Democrazia Cristiana, en paus Pius XII Bartali opdroegen de Tour de France te winnen om de gemoederen te bedaren. Daarom moet Bartali de Tour winnen om de eenheid in het verscheurende land terug te brengen, zo krijgt de renner op de rustdag in Cannes van de premier te horen. Bartali gehoorzaamt. De Italiaan wint drie ritten op rij, neemt de gele trui over van Bobet, wint uiteindelijk de Tour en voorkomt zo een Italiaanse burgeroorlog. Uitgerekend op de dag van zijn overwinning ontwaakt ook Togliatti uit de coma. De lont was uit het kruidvat gehaald. Aangezien hij de gelofte had afgelegd zijn fiets aan de paus te “offeren” bij een overwinning, werd hij in audiëntie ontvangen. Hij had echter wel het (niet toevallig) rode frame van zijn Bottecchia-fiets met zwart overschilderd… (Al kan ik op bovenstaande foto onmogelijk afleiden dat er “Bottecchia” op het frame geschilderd staat.)

De Italiaanse thrillerauteur Carlo Lucarelli, die zich vaak baseert op onopgeloste misdaden uit de Italiaanse geschiedenis, geeft in zijn “Via delle oche”, het laatste deel in zijn De Luca-trilogie, “a vivid fictionalized account of that day.”

Ronny De Schepper

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.