De Amerikaans-Jamaicaanse zanger, acteur en songwriter Harry Belafonte is op 96-jarige leeftijd overleden. Toen hij in 1981 naar ons land kwam, heb ik een klein artikeltje aan hem gewijd in De Rode Vaan.

Het zal wel puur toeval zijn dat ene zekere Lobo aan de top van de hitparade prijkt met een disco-medley van Harry Belafonte-hits, net op het moment dat de meester zelf in een grote wereldtournee ook twee keer België aandoet. Zo’n tournee flanst men nu eenmaal niet op één, twee, drie in elkaar.
Harry Belafonte staat nu reeds ruim dertig jaar op het podium. Alhoewel we hem gerust de koning van de calypso mogen noemen heeft hij zich nooit uitsluitend tot dit genre beperkt. Met evenveel brio vertolkt hij negrospirituals, volkswijsjes en negerballades.
Harry Belafonte werd op 1 maart 1927 geboren in Manhattan. Zijn ouders waren arme inwijkelingen uit Martinique. Als kind verbleef hij een tijdje op de West-Indische eilanden en onderging zeer intens de invloed van de lokale volksmuziek.
Na zijn dienstplicht werd hij lid van het « American Negro Theatre » (1946), een groep van zwarte acteurs waar hij o.a. Sidney Poitier leerde kennen. Hij zou pas voor het eerst zingen, omdat hij per toeval een rol moest vertolken waarin hij een kort lied moest zingen. Dit was in de « Drama Workshop » waar hij samenwerkte met Marlon Brando en Tony Curtis.

Toch werden the singing voices of Harry Belafonte and Dorothy Dandridge in “Carmen Jones” van Otto Preminger (1954) dubbed by LeVern Hutcherson (as Le Vern Hutcherson) and Marilyn Horne (as Marilynn Horne) respectively, even though Belafonte and Dandridge were both accomplished singers. However, neither had the training nor the range to sing operatic roles. Katherine E. Hilgenberg, a soloist with the Roger Wagner Chorale (morphed later into the Los Angeles Master Chorale), was originally signed to sing the Carmen role, and a number of the arias were already recorded (with piano, on a separate track), when director Otto Preminger’s bullying behavior became too much for her and she quit.
Met succes maakte hij ook daarna nog een paar films die ver boven de doorsnee producties uitstaken. « Island in the Sun » werd zelfs in de zuidelijke Amerikaanse staten verboden omdat er voor het eerst een netelig probleem werd in uitgewerkt : een blanke vrouw wordt verliefd op een zwarte. Op dat ogenblik (1957) was dit nog een zeer schokkende situatie. Alhoewel hij nooit geweld wilde gebruiken om het rassenprobleem op te lossen, heeft hij wel onrechtstreeks via zijn liedjes en films de « Civil Rights Movement » gesteund. In 2018 was hij op hoge leeftijd zelfs een opmerkelijke verschijning in “BlackKkKlansman” van Spike Lee. The story that Harry Belafonte relates about Jesse Washington is a real incident that occurred in 1916. For Belafonte’s cameo in which he tells the story, Spike Lee insisted that all crew on set dress in formal attire. (IMDb)

Referentie
Ronny De Schepper, Belafonte is back, De Rode Vaan nr.38 van 1981

Een gedachte over “Harry Belafonte (1927-2023)

  1. Belafonte was in 1958 de eregast in het Amerikaans paviljoen op de Wereldtentoonstelling in Brussel. Deze werd geopend op 17 april door Koning Boudewijn en afgesloten met een groots vuurwerk op 19 October.
    41.454.412 mensen bezochten de Expo ’58.

    Geliked door 1 persoon

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.