Veertig jaar geleden ben ik in Theater Arena naar “Porter to Porter” gaan kijken, een musical gebaseerd op leven en werk van Cole Porter (1891-1964). Ik ging graag naar Arena, maar wat men daar opvoerde, was nu niet precies waar de lezers van De Rode Vaan op zaten te wachten. Daarom zocht ik altijd naar een originele invalshoek en in het geval van “Porter to Porter” ben ik na al die jaren nog altijd tevreden met wat ik uit mijn hoed heb getoverd. Ik moet zelfs toegeven dat ik verbaasd ben, dat dit gewoonweg mocht in De Rode Vaan…

Het is alweer een tijdje geleden dat ik nog eens naar Maxim’s ben geweest. Maar ik meen me toch te herinneren dat daar naast de spichtige danseressen die zich onwillig ontkleden op schreeuwerige discomuziek en naast onhandige goochelaars die nog onhandigere toeschouwers trachten belachelijk te maken, er ook geflipte artiesten optreden die om de een of de andere reden het Grote Succes hebben gerateerd en daar nu een soort verbeterde vorm van jaren-dertig-cabaret brengen. Nummers uit de bekende film Cabaret staan dan steevast op het programma of ook… Cole Porter (foto). In het Gentse Arenatheater loopt er nu een productie « Porter to Porter » die ongeveer in dezelfde decadente sfeer baadt. Het orkest speelt beter, de zangeressen zijn smaakvoller aangekleed (maar blijven dat ook) en vooral… het is stukken goedkoper.
Die in het zwart gestoken dametjes zijn Liliane Dorekens (sterke zangeres toch), Erna Palsterman, Elisabeth van Dooren en Linda « Petite » Pomme, die zoals gebruikelijk voor de meest erotische noot zorgt. Over noten gesproken, in samenzang mag dit kwartet er best wezen, ook samen met de jongens. Daan Van den Durpel speelt Cole Porter met een kop van Helmut Griem, Marijn Devalck speelt Helmut Griem met een kop van The Godfather en Carl Ridders speelt Scott Fitzgerald als een gigolo.
Jaak Van de Velde zei waar de mikro’s moesten staan (regie noemt men dat), Monette Loza zorgde daarentegen voor een beweeglijke choreografie en Walter Ertvelt zette op één uitzondering na (« Ik schreef een stuk ») vrij banale rijmpjes op de successen van Porter (en een kenner verzekert mij nochtans dat de oorspronkelijke teksten niet barsten van de vertrouwde cliché’s).
En bij die succesnummers vinden we dan o.m. « Begin the beguine », « In the still of the night », « Night and day », « Be a clown », « I’ve got you under my skin », « I love Paris » (in vertaling Pá-rijs, en waar zit Má-rijs dan ?), « I get a kick out of you » en « Anything goes ».

Referentie
Ronny De Schepper, Night (and day) Porter, De Rode Vaan nr.48 van 1982

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.