Als Het Nieuwsblad vandaag al uitpakt met de dertigste verjaardag van de dood van de Franse zanger, schrijver, componist en acteur Serge Gainsbourg, dan kan ik natuurlijk niet achterblijven. Akkoord, een echte fan ben ik nooit geweest (ik vind dat de meeste van zijn fans trouwens te ver gaan in hun verafgoding), maar er zijn zeker een tiental nummers van hem die ik goed of zelfs fantastisch vind. En natuurlijk had de man een uitmuntende smaak wat vrouwen betreft.
Serge Gainsbourg werd geboren als Lucien Ginsburg in Parijs als de zoon van Joods-Russische ouders, die hun geboorteland waren ontvlucht na de Russische Revolutie. Zijn vader was een barpianist, die ook schilderde, en zijn moeder een mezzosopraan, die les gaf aan het conservatorium. De Ginsburgs kregen in 1932 de Franse nationaliteit, die hun tijdens de Tweede Wereldoorlog tijdelijk ontnomen werd door het Vichy-regime. Onder de Duitse bezetting moesten ze de Davidster dragen in Parijs en doken ze onder om aan deportatie te ontsnappen.
Gainsbourg, die toen een tiener was, doorliep het volledige programma van het middelbaar onderwijs niet, maar volgde wel lessen schilderskunst, onder meer bij Fernand Léger. Tijdens zijn militaire dienst, waar hij geregeld werd gestraft wegens gebrek aan tucht, raakte hij gewend aan zwaar alcoholgebruik. Tot zijn twintigste kwam hij aan de kost door allerlei beroepen. Uiteindelijk kreeg hij een zeker succes als crooner in casino’s en nachtclubs.
Sinds 1947 had hij een relatie met de surrealistische schilderes Élisabeth Levitsky, de dochter van Russische aristocraten, met wie hij in 1951 huwde. Nadat hij in 1957 van haar gescheiden was, begon hij een relatie met Françoise-Antoinette Pancrazzi, met wie hij van 1964 tot 1966 getrouwd was en twee kinderen had. En 1963 il écrit La Javanaise originellement pour Juliette Gréco.
Gainsbourg is ook de componist van “Poupée de cire, poupée de son”, waarmee France Gall (foto bovenaan) in 1965 het Eurovisiesongfestival won voor Luxemburg. Het thema voor het refrein haalde hij uit het prestissimo van de eerste pianosonate van Beethoven. Hij maakte trouwens wel meer gebruik van klassieke muziek in zijn “composities”, zo is b.v. Initials B.B. (1968) inspirée de la Symphonie n° 9 dite « Du nouveau monde » de Dvořák, My Lady Heroïne (1971) sur « Sur un marché persan » de Albert Ketèlbey, La Décadanse (1971) door de prelude nr.4 van Frederyk Chopin) en Lemon incest door l’étude no 3 en mi majeur op. 10, “Tristesse”, eveneens van Frédéric Chopin(1984).
France Gall was op 16-jarige leeftijd in Brussel (als voorprogramma van Sacha Distel) gedebuteerd met de single “Ne sois pas si bête”. Nadien volgt reeds een werkje van Gainsbourg, “N’écoute pas les idoles”, waarna Gainsbourg voor haar het fameuze “Annie aime les sucettes à l’anis” schreef, dat France met (voorgewende?) onschuld zong, want “les sucettes” gaat evenmin over lekstokken als “tutti frutti” over ijskreem zou gaan.
In 1967 had Gainsbourg een verhouding van enkele maanden met Brigitte Bardot, met wie hij o.a. “Je t’aime… moi non plus” opnam (*), maar het werd uiteindelijk uitgebracht in 1969, “année érotique” (de B-zijde overigens), door de Engelse actrice Jane Birkin, die hij in 1968 had leren kennen toen ze samen in een film optraden (dat jaar heeft hij ook nog “Comment te dire adieu” geschreven voor Françoise Hardy). Birkin van haar kant schoof voor deze man die 20 jaar ouder was dan zij, haar echtgenoot, de 13 jaar oudere componist John Barry opzij, waarmee ze op haar zeventiende was getrouwd. Samen kregen ze in 1971 een dochter Charlotte, waarmee Serge in 1986 een film zou draaien (“Charlotte for ever”), die volgens sommige critici als incestueus kan worden bestempeld. Gainsbourg deed niets om de geruchten tegen te spreken. Integendeel, hij nam met haar de plaat “Lemon Incest” op (op muziek van Franz Liszts “Liebestraum”). Trouwens, Gainsbourg heeft ook nog met Isabelle Adjani gewerkt toen ze heel jong was en op het einde van zijn leven liet hij zich in met Vanessa Paradis .
Ook “Histoire de Melody Nelson” werd uitgebracht in 1971. Het was een conceptalbum dat gebaseerd was op Nabokovs roman “Lolita“. A la même époque que l’Histoire de Melody Nelson, boudé par le public à l’époque de sa sortie, mais unanimement salué par la critique, ils enregistrent La Décadanse, qui sort uniquement en 45 tours. Comme pour Je t’aime moi non plus, Gainsbourg et Birkin provoquent un scandale, la presse le taxant de “mauvais goût” à cause de termes acerbes et sévères. Toutefois, il ne connaîtra pas le même succès que son prédécesseur. Seulement en Italie, le single se classe à la 20e place du hit-parade.
In 1980 ging Jane en Serge uit elkaar, maar zelfs wanneer ze nadien met filmregisseur Jacques Doillon was getrouwd, bleef ze nog met hem bevriend. Het jaar daarop ging Gainsbourg samenwonen met de 21 jaar jongere mannequin Bambou (Caroline Paulus), met wie hij in 1986 een zoon kreeg. In 1986 begon hij ook een discrete verhouding met een zestienjarige bewonderaarster en tegelijk een ‘vriendschappelijke’ relatie met een twaalfjarig meisje. Beide relaties duurden tot aan zijn dood en werden een tijd later door de betrokkenen bekendgemaakt.
Gainsbourg overleed op 2 maart 1991 aan een hartaanval en werd begraven op het kerkhof van Montparnasse te Parijs, alwaar hij werd bijgezet in het graf van zijn ouders. Zijn huis op het beroemde adres 5bis rue de Verneuil is nog steeds volledig bedekt met graffiti en gedichten. (Wikipedia)
In 2010 draaide Joann Sfar een biopic, “Gainsbourg (vie héroïque)”, met in de titelrol een zeer overtuigende Eric Elmosnino en een ravissante Laetitia Casta als Brigitte Bardot. De film veroorloofde zich een aantal “poëtische vrijheden”, die niet door iedereen werden gesmaakt. Even onbegrijpelijk was de portrettering door Sara Forestier van France Gall als een soort van halve imbeciel. Zéér begrijpelijk daarentegen was het feit dat de film stopt nog vóór Charlotte opgroeit. Op die manier ontloopt men wel allerlei kiese problemen. De film werd opgedragen aan Lucy Gordon (1980-2009), die gestalte gaf aan Jane Birkin en nog voor het uitkomen van de film zelfmoord heeft gepleegd (**).
Ronny De Schepper
(*) Het melodietje zelf werd door Michel Colombier reeds een jaar eerder gebruikt bij een balscène in de film “Les coeurs verts” (Raymond Thielens).
(**) Lucy Gordon left two suicide notes before hanging herself in the mansion flat in Paris’s 10th arrondissement, at Rue des Petites-Écuries. She shared it with her boyfriend, Jérôme Alméras, who was asleep at the time of her death. He found her body when he woke up on the morning of May 20, 2009. Deeply despondent over the suicide of a friend from Britain recently, she was two days shy of her 29th birthday. According to her neighbours, she was arguing with her boyfriend the night before her death. (Internet Movie Database)