Acteur, regisseur, zanger, percussionist Claude Marissael (uiterst links op bovenstaande foto) wordt vandaag 75 jaar oud.
Hij begon zijn podiumcarrière bij de Rederijkerskamer Jhesus met der Balsemblomme en kreeg er een opleiding bij Alice De Craene en Marcel Bouters en werd er geregisseerd door Staf Bruggen en Jo Delvaux. Tot 1970 speelde hij een 13-tal stukken. In 1962 behaalde hij een eerste prijs aan de toneelacademie Ledeberg bij Daniel Decock en volgde er ook notenleer bij Omer Van Puyvelde en dictie bij Bérenice De Pauw.
Van 1960 tot 1970 was hij drummer bij het negen man sterke balorkest van Bert Brent, met optredens in onder meer de Casino’s van Blankenberge, Oostende en Knokke. Daarnaast was hij ook batteriest bij The Snakes en een korte tijd bij het orkest van Leo Martin o.a. in Oud België in de Veldstraat. In 1965, tijdens zijn legerdienst in het Klein Kasteeltje, was hij bij de Welfare, als drummer van een vijftienmansformatie en constant op rondreis in België en Duitsland, zelfs tot in Rome.
Van 1962 tot 1970 was hij ook acteur in het volksere genre bij de Vriendenkring der Posterijen (waar hij Rosa Geinger leerde kennen), die later de Rederijkerskamer “Yver doet leren” werd, o.l.v. Marcel Verbeke. Hij speelde er o.a. “Het Gezin Van Paemel” (Cyriel Buysse), “Slissen en Cesar”. Tijdens de jaren 1960-1964 was hij actief bij de Jeugdclub in de Hoogstraat en speelde er ook toneel o.l.v. Jo De Meyere en Berten De Bels, en van 1963 tot 1968 in het Van Crombrugghe Genootschap, aan de Huidevetterskaai. Daar leerde hij Monique De Bock kennen, die zijn echtgenote werd en waarmee hij samen een indrukwekkende volksculturele carrière zou uitbouwen.
Tijdens de Gentse Feesten van 1970 speelde Marissael zijn eerste productie bij Romain Deconinck in de muzikale comedie “Robert en Bertram”. Hij zou er 20 jaar verbonden blijven aan het gezelschap van Boas Romain en zijn Beren, goed voor 2461 voorstellingen in 19 producties (elk stuk speelde ongeveer tussen de 150 en 185 voorstellingen). In “O Broeder, O Zuster” (1975) kon hij zijn acteurs- en percussionist-talenten combineren. Marissael speelde tijdens de seizoenen 1972-1974 wel een tijd bij de Drie Charels maar ging daarna terug naar de Mienaar.
In 1973 werd hij voorzitter van het gezelschap De Drie Charels van Roger Piers. Mede onder zijn initiatief veranderde het gezelschap van naam en werd het Het (Oost-Vlaams) Volkstoneel. Daarnaast organiseerde hij scèneprogramma’s met o.a. telepaat Jim Murray, Bert Joris en Theo Daese, acteur/zanger Willy De Swaef en vele anderen. In 1980 werd hij voorzitter (in opvolging van Albert De Frenne) van de Koninklijke Maatschappij De Melomanen (Broedermin en Taelijver) en hij engageerde regisseurs als Linda Lepomme, Frank Van Laecke, Freek Neirynck en Wim Lanckrock om jaarlijks tijdens de Gentse Feestweek een stuk van Deconinck te monteren in het Tehuis der Politieke Gevangenen in Onderbergen.
Beroepshalve schakelde hij in 1983 over van opticien naar protocolambtenaar bij de Stad Gent, waar hij collega circusliefhebber Guy Puttevils opvolgde. Van 1994 af (tot 2014) presenteerde hij het Bal 1900 op de Kouter. In het begin van de jaren ‘90 trok hij samen met Monique De Bock, Charels-acteur Paul De Lentdecker en Roxanne Sirejacob voor een korte opleiding naar het Parijse winterverblijf van Circus Pauwels en het echtpaar Marissael werd hun spreekstalmeester (1991-1994) tijdens hun Vlaamse tournee. Hetzelfde métier demonstreerde Marissael later tijdens de tournees van het Circus van Budapest, Rose Marie Malter en Great Belgium Circus.
Van 1994 tot 1997 was hij coördinator voor het volktheater in de Minard. In Gent werkte hij tussendoor als regisseur bij o.a. de Van Daele Compagnie en Maskee. Als acteur speelde hij bij Theater Burlesk, TEM (Toneel En Muziek), Dirk Lajoie Neirynck en met deze laatste terug in de Mienaar. Voor Theater Taptoe sprak hij rollen in en op TV was hij te zien in “Flikken”, “Samson”, “Bompa Lawijt” en “De Kolderbrigade” (Deconinck). In 2004 werd hij acteur bij Theaterplatform waarmee hij geregeld optrad in Theater Scala. Tijdens de Gentse feesten 2013 werd zijn drieduizend vijfhonderdste optreden (met stille trom) gevierd.
Freek Neirynck
dagelijks iets degelijks 