De Vlaams-nationale en linkse militant Herman Van den Reeck kwam 105 jaar geleden om door politiegeweld tegen een 11 juli-manifestatie op de Antwerpse Grote Markt.
Herman Van den Reeck was militant in de links-radicale beweging Clarté. De politieke en culturele ontvoogding van Vlaanderen ging voor hem hand in hand met de ‘bevrijding van het proletariaat’. Hij ging voor een ondeelbaar pakket van soevereiniteit, pluralisme, democratie, antimilitarisme en internationalisme. Hij schreef in het tijdschrift Goedendag waar o.a. ook Paul Van Ostaijen, Gaston Burssens en anderen voor schreven. Hij studeerde natuurwetenschappen aan de ULB en was 19 jaar toen hij op 11 juli 1920 door een politiekogel dodelijk werd getroffen.
Op 11 juli 1920 planden Vlaamse verenigingen van diverse gezindheden een betoging in Antwerpen. Het franskiljonse stadsbestuur van Antwerpen verbood de betoging. Daarom werd uitgeweken naar Borgerhout. Zo’n dertigduizend betogers daagden op. Na afloop trokken zo’n drieduizend manifestanten naar het Antwerps stadscentrum. De politie ontruimde de Grote Markt. Politie-inspecteur G.J.D. schoot vanop vier meter afstand met zijn revolver op de menigte. De kogel trof de linker- en rechterlong van Herman Van den Reeck. Die bezweek de volgende dag aan zijn verwondingen. Op zaterdag 17 juli volgde de begrafenis met een indrukwekkende rouwstoet met daensisten, fronters, katholieken, socialisten, communisten.
Dirk De Haes, voorzitter Meervoud vzw, en Bernard Daelemans, hoofdredacteur Meervoud
dagelijks iets degelijks 