Op dit ogenblik is het de gewoonte dat de Ronde van Frankrijk om het jaar uit het buitenland vertrekt. Dit jaar was dat dus voor het eerste Italië. De allereerste keer dat “le Grand Départ” in het buitenland plaats vond was vandaag zeventig jaar geleden in Amsterdam.
Er werd gezegd dat de organisatie van de Ronde van Frankrijk hiertoe besloot om de concurrentie van de Ronde van Europa tegen te gaan. In de zomer van 1950 kwam er vanuit West-Duitsland voor de eerste keer een idee voor een Tour d’Europe. “Er zijn thans zovele ronden, dat het zeker gewenst zou zijn in al die wielerevenementen, welke elkaar nogal wat schade aanbrengen, meer eenheid te brengen.”
De voorgestelde Ronde van Europa van ruim zeventig jaar geleden had uit zestien etappes moeten bestaan van Parijs naar Parijs. Onderweg zouden België, Nederland, Duitsland, Luxemburg, Frankrijk, Oostenrijk, Liechtenstein, Zwitserland en Italië worden gepasseerd. Deze koers sloot aan bij de prille Europese gedachte, zo kort na de Tweede Wereldoorlog. Nooit meer oorlog! Dit eerste voorstel haalde het nog niet, maar het bleef wel sudderen.
De eerste naoorlogse Tour de France was in 1947, die toen voor enkele dagen het eigen land verliet, onder meer voor een bezoek aan Brussel. Voorstanders van een verenigd Europa zagen hierin een eerste glimp van een Europese ronde, maar dat zagen de Franse organisatoren niet zitten.
Voor een Ronde van Europa was het daarom nodig om de concurrentie aan te gaan met de Fransen. Dat gebeurde dan ook in oktober 1953 met de aankondiging van deze nieuwe koers voor het volgende seizoen, met start of finish in Straatsburg als zetel van de Raad van Europa. Voor de klassementsleider kwam er een blauwe trui met de Europese vlag, die net een week eerder was gepresenteerd. Onderweg lagen steden op de route die belangrijk waren voor de Europese eenwording, zoals Den Haag en Genève.
Vanuit Nederland bemoeide vooral De Telegraaf zich ermee, natuurlijk ook omdat een succesvol evenement gunstig zou zijn voor de oplage van deze krant. Europese politici kwamen met positieve reacties, zoals de Franse minister Emile Hugues. “Geen barrières meer, die onze landen isoleren.”
Naarmate de startdatum van 21 september naderde, verliepen de voorbereidingen steeds minder voorspoedig. De communisten bijvoorbeeld vonden het onzin dat er alleen in de kapitalistische landen werd gekoerst. “Alle landen kun je daarbij niet doorkruisen” schreef het communistische dagblad De Waarheid, “maar als je van Parijs naar Moskou rijdt, dan kun je werkelijk spreken van een Ronde van Europa.” Om het duidelijk te maken werd er een route afgedrukt van maar liefst 5000 kilometer lang, opmerkelijk genoeg niet door Nederland.
De aangekondigde route van de westerse ronde werd gewoon gehandhaafd, maar begin september trok de Nederlandse ploeg zich terug. Meteen erna werd het land uit de route geschrapt. Alleen Sjoerd de Vries deed mee, sinds enkele jaren woonachtig in Frankrijk en zoon van Abe de Vries, Elfstedentochtwinnaar van 1933. Ne een paar etappes verliet hij de koers.
Deze eerste Ronde van Europa in de herfst van 1954 werd een drama. In de zesde etappe verongelukte de jonge Zwitserse renner Roland Jaquet, omdat de onoplettende organisatie een stilstaande auto niet had gezien. Er brak een staking uit onder de rijders en de Zwitsers stapten zelfs helemaal op. Ze keerden terug naar een land in rouw vanwege het verlies van een groot wielertalent.
De eindzege was voor de Italiaanse Primo Volpi, maar dat interesseerde eigenlijk niemand meer. Enkele pogingen daarna voor een Europese ronde mislukten opnieuw, ook omdat de Tour de France vroegtijdig terugsloeg met de start van de ronde van 1954 in Amsterdam – de eerste buiten Frankrijk ooit, aldus de website sportgeschiedenis.nl.
Maar waarom koos de Tour de France nu juist voor Amsterdam? Of beter gezegd: waarom Nederland? Dat zou ik niet weten, maar op Wikipedia lezen we dat het (mede) als eerbetoon aan de Nederlandse wielrenners was die in 1953 het ploegenklassement hadden gewonnen. Er stonden 110 renners verdeeld over 11 ploegen aan de start. De Italianen ontbraken in deze Ronde, en de belangrijkste concurrenten voor Louison Bobet, die in 1953 gewonnen had, leken dan ook de Zwitsers te worden, in het bijzonder oud-Tourwinnaars Ferdi Kübler en Hugo Koblet. In de eerste etappe ontstond meteen een kopgroep van ruim tien renners, waaronder de drie genoemde favorieten. De groep bleef vooruit, en had uiteindelijk een voorsprong van maar liefst 9 minuten. Kübler was echter door een lekke band teruggevallen, en had zo door pech de slag gemist. Wout Wagtmans was zeer gretig deze etappe, die door zijn woonplaats Breda voerde, en hoewel een aanval in datzelfde Breda mislukte, pakte hij wel de ritzege bij de sprint in Brasschaat.
Amsterdam (Olympisch Stadion) werd naar verluidt gekozen nadat Rotterdam verstek had laten gaan. Rotterdam werd wel aangedaan tijdens de eerste rit naar Brasschaat, zoals men op bovenstaande foto van Joop van Bilsen van Anefo kan zien. Op de Wikipedia staat ook een mooi Polygoon-filmpje over deze eerste rit!
Ronny De Schepper (op basis van Wikipedia)
