Het is al dertig jaar geleden dat de Franse filmmaker Christian-Jaque is overleden (foto IMDb).

Christian-Jaque werd in Parijs geboren als Christian Maudet. Hij begon zijn filmcarrière in de jaren twintig als art director en production designer. Begin jaren dertig is hij overgestapt naar scenarioschrijven en regisseren.
Christian-Jaque draaide in 1941 “L’assassinat du père Noël” tijdens de Duitse bezetting. De film werd goedgekeurd door de strenge Duitse censuur, ondanks de allegorie van goed en kwaad en de duidelijke boodschap van hoop en patriottisme. Hoofdvertolker Harry Baur, die vaak joodse personages vertolkte, werd kort nadien (in 1942) gearresteerd door de nazi’s. Dat jaar draaide Christian-Jacque “La symphonie fantastique” over het leven van de Franse componist Hector Berlioz, waarin vooral de spanning tussen twee van zijn geliefden, Harriet en Marie, werd gestalte gegeven. Gemakshalve werden vele andere liefjes buiten beschouwing gelaten. Maar nog veel belangrijker waren de oorlogsomstandigheden waarin de film tot stand kwam. Berlioz wordt immers naar voren geschoven als een icoon (op het einde wordt hij zelfs letterlijk als een soort van afgod afgebeeld) van de Franse esprit, waarbij niet geaarzeld wordt om op een bepaald moment (met de jonge Franse romantici als Victor Hugo, Alexandre Dumas, Eugène Delacroix e.a. gewoonweg de patriottische toer op te gaan. Vreemd dat dit de Duitse censuur heeft gepasseerd. Jean-Louis Barrault is een fysiek erg gelijkende Berlioz, Renée Saint-Cyr is Marie en Lise Delamarre Harriet.
Steven Van Impe uit Antwerpen schrijft op de Internet Movie Database: “In deze tijd produceerden de Franse filmstudio’s veel lowbudget biografische films, waarvan de meeste erg slecht waren. La Symphonie Fantastique, over componist Hector Berlioz, is geen uitzondering: slecht acteerwerk, slordige achtergronden, pseudodrama en het ergste van alles: totale onnauwkeurigheid. Personen die nooit hebben bestaan, spelen een hoofdrol (ik vermoed dat hij hiermee het personage van Dr.Antoine Charbonnel bedoelt, gespeeld door Bernard Blier), en belangrijke personen worden helemaal niet genoemd. Je zou kunnen stellen dat dit geen documentaire is, maar een historisch drama, maar de film kondigt zichzelf wel aan als een biografie en wat ‘drama’ betreft, zit er meer drama in een emmer met stervende vissen. Dat is jammer, niet alleen voor de vissen, maar ook voor het drama: het leven van Hector Berlioz, zoals hij het zelf beschreef in zijn Memoires , is erg romantisch en dramatisch. Een modernere aanpak zou een groot succes kunnen worden. Wie bijt?”
Christian-Jaque won de prijs voor Beste Regisseur op het filmfestival van Cannes in 1952 voor zijn populaire swashbuckler Fanfan la Tulipe . Op het 2e Internationale filmfestival van Berlijn won hij de Zilveren Beer voor dezelfde film.
In 1952 is Martine Carol naakt te zien in “Lucrèce Borgia”, een film van haar echtgenoot Christian-Jaque. De badscène is de geschiedenis ingegaan omdat er voor het eerst expliciet géén body double werd gebruikt, maar dat klopt niet, want zoals gezegd was in 1939 Arletty al in een vergelijkbare scène ten voeten uit te zien, zodat ook hier geen body double kon worden gebruikt.
Maar, who cares, vaak draven in Franse films een hele reeks “adorables créatures” (Christian-Jaque, 1952) of “ravissantes idiotes” (Edouard Molinaro, 1963) op, vaak gebaseerd op eerst Martine Carole (“adorable”) en later op Brigitte Bardot (*).
In 1955 is Martine Carol te zien in “Nana” van Christian-Jacque naar het boek van Emile Zola. Degene die haar van de troon zal stoten, Brigitte Bardot, is dat jaar te zien in “Futures vedettes” van Marc Allegret. Men zou kunnen zeggen: nooit was een filmtitel beter gekozen, maar wie heeft er bijvoorbeeld ooit nog van Isabelle Pia gehoord? De haan in dit kiekenkot was Jean Marais, al is onderhand geweten dat deze alleen maar op het witte doek zijn hanerigheid kon doen gelden…

In 1959 was Christian-Jaque jurylid op het 1e Internationale Filmfestival van Moskou. Hij bleef werken tot halverwege de jaren tachtig, maar vanaf 1970 deed hij het meeste werk voor televisie. Christian-Jaque overleed in 1994 in Boulogne-Billancourt.

Ronny De Schepper

(*) “Une ravissante idiote” is gebaseerd op een toneelstuk van François Billetdoux en het is regisseur Eduard Molinaro zelf die het naar het witte doek vertaalde.

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.