Het is vandaag al tachtig jaar geleden dat Theo De Decker, vrederechter en stichter van het Davidsfonds, in Temse is overleden. Ereburgemeester Luc De Ryck schreef er destijds dit stuk over…

De jaren vóór WO I hebben mij altijd geïntrigeerd. Mijn nauwe band met (o.m.) Karel Aubroeck (1894-1992), Clemens De Landtsheer (1894-1984) en Jean Boeykens (1901-1987) en hun verhalen over hun jeugd boeiden mij en droegen ertoe bij dat ik evolueerde van journalistiek tot geschiedschrijving.
Twee boeken die ik in mijn eerste jaar als schepen voorstelde, maakten een diepe indruk: De wereld van Edward Poppe (= Temse in 1890-1916) van E.H. Fernand Van De Velde en Het kulturele leven te Temse van 1885 tot 1914 van Toon Brijssinck. In laatstgenoemde publicatie schetst de auteur de uitzonderlijke culturele hoogbloei van Temse (toen 12.000 inwoners), hoogbloei die zich ook op economisch en toeristisch vlak manifesteerde.
In die periode werden meer dan 30 verenigingen opgericht, waarvan meerdere culturele een ongewoon hoog niveau haalden. In bijna alle gevallen waren het notabelen, industriëlen en geestelijken die aan de basis lagen. Vele van die verenigingen droegen een uitgesproken Vlaamse stempel. De oprichter en 40 jaar lang voorzitter en grote bezieler van het Davidsfonds was vrederechter Theo De Decker.
Theo De Decker (°Sint-Niklaas, 1862), die uit een rijke familie stamde, studeerde Rechten in Leuven. In de Wase hoofdstad was hij gemeenteraadslid (Katholieke Partij) en secretaris van het Davidsfonds. Toen hij in 1890 werd benoemd tot vrederechter in Temse, verhuisde hij naar de Scheldegemeente. Hij werd er actief in een waslijst aan verenigingen. In 1893 stichtte hij het Davidsfonds, in 1911 een damesafdeling (de eerste vrouwenvereniging in Temse), in 1913 een studentinnenbond.
Theo De Decker was door zijn ambt als vrederechter per definitie een gezaghebbende figuur. Hij was dat nog veel meer door zijn scherp intellect, veelomvattende kennis, sociale bewogenheid, culturele bagage – hij was ook kunstkenner en -liefhebber en speelde piccolo – en was gepassioneerd door zowel algemene als plaatselijke geschiedenis. Als geschiedschrijver publiceerde hij verscheidene boeken en ontelbare artikelen. Bovenal was hij diep gelovig en zeer Vlaamsgezind.
WO I werd een bewogen periode. Theo De Decker was Vlaams-, maar niet Duitsgezind. Als vrederechter mocht hij de Scheldebrug oversteken zonder pas. Dat stelde hem in staat brieven over te smokkelen naar de geallieerden, een risicogeladen activiteit waarvoor hij na de oorlog door de Engelsen werd onderscheiden. In de oorlogsomstandigheden zag hij een opportuniteit om de Vlaamse belangen te dienen.
Hij werd een spilfiguur van de Vlaamse activiteiten. Na de oorlog werden zijn werkzaamheden geïnterpreteerd als samenwerking met de bezetter: hij werd voor één jaar geschorst als vrederechter. In zijn woning hingen twee kadertjes naast elkaar: het erediploma dat hij kreeg voor zijn spionage en de veroordeling… Een paar jaar werd het stil rond de vrederechter, maar uiteindelijk hernam hij zijn veelzijdige activiteiten.
Hij overleed in 1938, 76 jaar oud. In 1965 werd zijn naam vereeuwigd in een straatnaam: de Theo De Deckerlaan. In 2002 werd hij verkozen tot één van de tien Temsenaars van de 20ste eeuw. In de film die over hen werd gemaakt, komen bewegende beelden van de vrederechter voor.

Luc De Ryck

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.