Volgens On this day is het vandaag 65 jaar geleden dat Dick Dale and The Del-Tones voor het eerst de instrumental “Let’s Go Trippin'” brachten (volgens Wikipedia is het pas twee jaar later). It is often regarded as the first surf rock instrumental and is credited for launching the surf music craze. De “uitvinder” van de surf-sound is dus gitarist-saxofonist-vocalist Dick Dale. Begin 1961 nam hij “Misirlou” op, een rockende versie van een oorspronkelijk rebetika-nummer, waarover je hier veel meer vindt…
De sixties begonnen met de surfrage. Surfen is een sport waarbij het de bedoeling is zo lang mogelijk een smalle plank te “berijden” op de golven van de branding. Het onvermijdelijke kopje ondergaan wordt “Wipe out” genoemd, tevens een instrumentale hit voor The Surfaris. In het begin van de jaren zestig was surf aan de zonnige kusten van Californië méér dan sport alleen, het werd een soort levensstijl, waarmee men nog het beste kan kennismaken in talrijke films, die veel gelijkenis vertonen met highschool-films. Alleen werden de sweaters en de plooirokjes nu geruild voor keurige zwembroeken en schattige bikini’s, wat Arthur Mayer deed schrijven in “The Movies”: “Wat op het eerste gezicht een wilde orgie lijkt is in feite niets meer dan een zeer onschuldige oefening voor tieners: dansen in de frisse zeelucht.”
Die ambiguïteit is inherent aan surf, een andere benaming zegt het immers zelf: “wet rock’n’roll” (natte rock’n’roll). Hoe banaal die surf-films wel waren, moge blijken uit de filmografie van de (toen reeds achterop geboerde) zanger Frankie Avalon (meestal met als tegenspeelster Annette Funicello): “Operation bikini” (1963), “Beach party” (met Dick Dale, 1963), “Muscle beach party” (1964), “Bikini beach” (1964) en “Beach blanket bingo” (1965). In 1967 draaide hij nog “How to stuff a wild bikini” en aan de titel alleen al kan men merken dat “the times they are a-changing”!
In één adem met de surf moet men ook altijd de hotrod-stijl noemen. Hotrod werd de verzamelnaam van alweer een sport met woodies, buggies of stockcars (zelfgebouwde snelheidsmonsters). Beide muziekstijlen zijn sterk aan elkaar verwant en elke groep nam van beide categorieën songs op. Dit repertoire bestond voor 75% uit instrumentals en dat kwam hoofdzakelijk omdat de elektrische gitaar en de versterkerapparatuur in dat tijdperk een stormachtige ontwikkeling doormaakten en alle denkbare effecten door groepen werden uitgeprobeerd.
Ronny De Schepper