Op 12 mei 1993 zag ik in het NTG “De discrete charme van de bourgeoisie” (1972) van Luis Bunuel en Jean-Claude Carrière in een regie van Jean-Pierre De Decker (met dank aan Patrick De Graeve voor de foto).
De Decker mocht blijkbaar de resterende centen opsouperen (wat zou Weckx daarvan denken?), maar het sop was de kool niet waard, zeker niet als men ziet dat de beste vondst (citaten uit pas voorbije NTG-stukken zoals “Wachten op Godot” en “La répétition”) met een minimum aan middelen kon worden gerealiseerd. Marc Cnops heeft een reusachtig decor ontworpen met enerzijds een “catwalk” op ooghoogte van de toeschouwers (waarop de zes hoofdpersonages voortdurend rondstappen) en met in het midden een uitholling die als kamer en/of restaurant dienst doet en anderzijds een omslachtige constructie in de nok, waar de pianist over en weer schuift, telkens een bed dient te worden opgevoerd, want deze (moeilijk zichtbare) constructie dient vooral voor de bedscènes. Kostuums: Marnik Baert, licht: Jaak Van de Velde, muziek: Johan Desmet (zijn ironiserend aandeel vond ik alweer het beste), piano: Jaap Dieleman, zang: Chris Boni, zangadvies: Françoise Vanhecke, bewegingsadvies: Danny Rosseel, vertaling: Patrick Conrad, bewerking: Jean-Pierre De Decker en Frans Redant, regie-assistenten: Eric Van Herreweghe, Maud Lanckrock (dochter van Rik, zus van Wim) en Goedele Willockx (zus van Renaat), ballistisch advies: Lt.-Kol.SBH De Smet en Cmd.Vercauteren van de artillerie van Lombardsijde. Met Eddy Vereycken (Henri Sénéchal, cocaïnesnuiver), Magda Cnudde (zijn seksueel onverzadigbare vrouw Alice), Elise Bundervoet (hun meid Inès), Bob Van der Veken (monseigneur Dufour, die zo graag hun tuinman wil zijn), Jef Demedts (de boer, die op zijn sterfbed bekent dat hij de ouders van Dufour heeft vermoord), Herman Coessens (Don Raphaël Acosta, de ambassadeur van Miranda, die in zijn diplomatieke valies drugs smokkelt), Els Magerman (zijn minnares Simone Thévenot), Walter Moeremans (haar impotente echtgenoot François), Chris Thys (haar zus Florence, alcohol- en drugverslaafde), Peter Marichael (de jonge luitenant waarop ze verliefd is), Jef Demedts (de kolonel die Acosta ontmaskert, maar het met de dood bekoopt), Blanka Heirman (zijn vrouw), Roger Bolders (de politiecommissaris die het hele zootje ontmaskert, maar hen toch moet laten gaan; ook gekend als de Bloedhond, omdat hij naakte meisjes electrocuteert door middel van pianospel) en Eddy Spruyt (de maître d’hôtel).
Ronny De Schepper