De Britse componist Andrew Lloyd Webber wordt vandaag 75 jaar (foto Daniel Kruczynski via Wikipedia).
Laat ik me maar meteen indekken: ik ben geen fan. Maar, eerlijk is eerlijk, dat was wel wat anders in de tijd toen hij met “Jesus Christ Superstar” doorbrak. In 1970 was dat en ik worstelde met een geloofscrisis, dat zal ook wel een rol hebben gespeeld. Webber had toen al twee musicals geschreven, “The likes of us” en vooral “Joseph and the amazing technicolor dreamcoat”, maar deze zouden pas nà “Jesus Christ Superstar” echt succes kennen. Na “Superstar” heb ik me ook nog “Evita” aangeschaft, maar daarmee was de kous ook af. “Cats”, dat daarna kwam, heb ik pas veel later gezien en niet uitgezeten, als ik me goed herinner. En al wat daarna kwam (“Starlight Express”, “Phantom of the Opera”, “Sunset Boulevard” en tutti quanti konden mij gestolen worden. Het requiem dat hij schreef voor zijn vader, ja, dat heb ik nog in huis gehaald en een uitvoering bijgewoond, geleid door Dirk Brossé. Het “Pie Jesu” daaruit is nog altijd mijn lievelingscompositie van hem, meer dan “Gethsemane” uit “Superstar” dat ik toch nog niet afzweer of “Buenos Aires” uit “Evita”, dat één prachtige passage bevat.
Van “Memories” uit “Cats” wordt dan weer gezegd dat het nogal “Pucciniaans” klinkt, maar dat is ook niet te verwonderen, want oorspronkelijk was het bedoeld voor een musical die zou handelen over het componeren van “La Bohème”.
“I don’t know how to love him” uit “Jesus Christ Superstar” daarentegen zou volgens Nigel Kennedy “noot voor noot” gepikt zijn uit de tweede beweging van Mendelssohns vioolconcerto (het refrein van “Superstar” zelf, komt duidelijk uit de “Zeven kruiswoorden” van Haydn, meer bepaald “vergeef het hen want ze weten niet was ze doen”). Kennedy noemt Webber dan ook “a terrible musical cunt”. En indien het niet dààrvoor is, dan verdient hij het omwille van het feit dat hij de muziek heeft gecomponeerd voor de verkiezingscampagne van Margaret Thatcher.
Het “Pie Jesu” uit het “Requiem” is dan weer geïnspireerd op de close harmony van The Everly Brothers. Webber zou trouwens graag hebben dat ze het zouden opnemen. Het ingetogen gedeelte van het “Hosanna” dat de overgang naar het “Pie Jesu” vormt, is – of Webber dat nu toegeeft of niet – gebaseerd op de fameuze drie noten uit de soundtrack voor “Close encounters of a third kind” van John Williams. Placido Domingo, die samen met Sarah Brightman, de toenmalige echtgenote van Webber, voor de creatie van het “Requiem” instond, solliciteerde tijdens een uitzending van Wogan waarin alle drie voornoemden aanwezig waren uitdrukkelijk naar de hoofdrol in “The Phantom of the Opera”, dat trouwens in dezelfde periode tot stand kwam, zodat Webber inderdaad met Placido in zijn hoofd bepaalde passages zou hebben geschreven. Die uitzending was vooral bedoeld als promotie voor de videoclip van “Amigos para sempre”, de officiële hymne van de Olympische Spelen van Barcelona, geschreven door Webber en op de sluitingsceremonie gezongen door Brightman en José Carreras.
In mei 1993 kwam Webbers bewerking van “Sunset boulevard” uit. Bij de jaarwisseling 1996-97 werd Lloyd Webber (die al “sir” was) tot “Lord” verheven, zodat hij zowaar permanent deel kon uitmaken van het Hogerhuis. En dààr was het ‘m precies om te doen. De conservatieve regering Major heeft hiermee immers een trouwe lakei in het parlement gekatapulteerd.
Ronny De Schepper