Terwijl in Gent en Antwerpen het wereldkampioenschap koorzingen wordt betwist, grijp ik nog even terug naar een hilarische reportage over het Gentse koor Jubilate in Het Laatste Nieuws van 25 jaar geleden.

In 1896 werd op de Sint-Jozefsparochie het mannenkoor de Broederbond gesticht. Op zaterdag 26 oktober 1996 gaf het gemengd koor Jubilate een concert dat een eeuw zingen wil overspannen. Want Jubilate is inderdaad de rechtstreekse erfgenaam van de Broederbond en daarmee het oudste koor van Gent. Even terug in de tijd om te vernemen hoe dat precies in zijn werk is gegaan.

We hadden met een vijftal mensen van Jubilate afgesproken, maar de avond zelf duiken er wel een twintigtal op (ze konden allemaal niet op de foto). De afspraak is immers in een café en de sfeer zit er meteen goed in. Het is duidelijk: Jubilate is meer dan een koor, het is op de eerste plaats een vriendenkring. Die situeerde zich oorspronkelijk inderdaad rond de Sint-Jozefskerk (foto), maar ondertussen is men uitgezwermd, meestal naar de rand, “omdat de buurt van het Rabot niet meer leefbaar is”. Toch blijft men via het koor contact houden. Zelfs al moet men daarvoor van Ninove komen! De leeftijd speelt daarbij geen rol, ook al heeft men – zoals overal – moeite om jongeren aan te trekken. Maar oudere leden b.v. worden gekoesterd, “zelfs al zingen ze wel eens met hun partituur ondersteboven.”
Het woord wordt vooral gevoerd door Bea Debuysschere, op dit moment voorzitster van het koor en dus de belichaming van de “feministische” revolutie die op het eind van de jaren zestig de Broederbond in Jubilate deed verkeren. Dirigent Roger Hanssens stapte zelfs verbolgen op en diende te worden vervangen door Hubert Verbeke. Het was trouwens Bea, die samen met haar vriendin Rita (eveneens nog steeds aanwezig), als eerste het koor “infiltreerde”, zoals er nogal samenzweerderig in de historiek staat.
Die kleurrijke woordkeuze leidt nog wel eens meer tot misverstanden. Zoals in het begin van die toch wel ophefmakende jaren zestig toen het Tweede Vaticaans concilie de liturgie vernieuwde. “Het bestaande repertorium met vierstemmige werken kwam minder aan bod, éénstemmige psalmen en liederen werden gepropageerd,” zo lezen we in de historiek en dan zwijgt men nog zedig over de lamentabele versies van “We shall overcome” of liederen van Liliane St.Pierre die onze kathedralen “infiltreerden”. “Pastoor Emiel de Backere, zelf een bedreven zanger en muzikant, trachtte de meubelen te redden. Veel leden bleven echter achterwege en waren tegen de éénstemmigheid,” zo gaat de historiek verder en eventjes denk ik dat ik bisschop Lefèvre aan het woord hoor. Dat wordt echter weggelachen, al beklemtoont men tegelijk nogmaals de voorkeur voor de polyfonie. Merkwaardig, vooral als men weet dat de meeste leden geen muziek kunnen lezen. Voor dirigent Antoon De Spiegeleer is dit geen punt: “Muziek kunnen lezen is niet het alfa en het omega. Zingen op het gevoel, het gehoor of het geheugen stelt de koorleven evenzeer in staat hun meerstemmige melodieën te onthouden.”
antoon2

Antoon (foto) was als pianist laureaat van de gerenommeerde wedstrijd “Pro Civitate” en volgde in die tijd in Keulen een Beethoven-stage voor beloftevolle pianisten bij Alfred Brendel. Na het behalen van diverse diploma’s voor onder meer notenleer en piano, ging hij zich bekwamen in koordirectie bij internationale meesters.
Als veelzijdig musicus fungeerde hij o.a. als jazzpianist, gastdirigent bij tal van koren en orkesten en schreef hij ook een koorzetting van “Uit liefde voor Muziek” van Raymond van het Groenewoud, met wie hij als dirigent de opname maakte. Naast koordirigent profileert hij zich meer en meer als componist. In korte tijd schreef hij tal van composities voor koor, piano en dwarsfluit. Van november 2011 tot maart 2012 zal hij het Eligius Ensemble uit Ruddervoorde dirigeren.
Maar goed, de voorkeur voor kerkmuziek is dus gebleven sedert die honderd jaar, hoe gek dat ook mag klinken, als men weet dat dit koor eigenlijk uit de christelijke arbeidersbeweging afkomstig is. Op het einde van de vorige eeuw zag men deze démarche wellicht als een mogelijk gif tegen de ontkerstening die het socialisme onder de arbeiders veroorzaakte. Als in de jaren dertig het koor voor het eerst een crisisperiode doormaakt, wordt trouwens aansluiting gezocht bij de chiro (“het patronaat“, aldus de historiek), zodat naast het mannenkoor ook een jongenskoor tot stand komt dat als “doorgeefluik” dienst doet. Ondertussen is dat religieuze engagement wel afgezwakt. Zelfs ongelovigen zijn welkom als koorleden. Maar de voorwaarde is wel dat ze graag religieuze muziek zingen, want dat blijft toch nog de kern, ook al luistert men niet meer wekelijks de mis op, maar enkel op hoogdagen. Anderzijds kan ook liedjes zingen in de wagen er soms toe leiden dat men in het koor terechtkomt. Dat overkwam alleszins Petra, die oorspronkelijk alleen als chauffeur fungeerde. Petra is ooit nog een punker geweest en werd door haar vrienden uitgelachen omdat ze daarnaast ook van klassieke muziek hield. “Dat is nu verbeterd,” vindt ze. Zou dat komen omdat liefhebbers van house-muziek in de zogenaamde “chilling room” soms worden geconfronteerd met polyfonisten?
In de jaren vijftig kwam het koor ook heel even terecht in het vaarwater van de “Vlaamse volkszangkunst”, zoals die door Willem De Meyer werd gepropageerd, maar ook dat is nu al lang verleden tijd, op het jubileumconcert zullen naast “Oud-Vlaamse liederen” ook “Franse chansons” worden vertolkt.
De jongste crisis dateert uit 1990 toen dirigent Herman Streulens werd ontslagen, maar een deel van het koor zijn kant koos en samen met hem Jubilate verliet, zodat men op dit moment nog met 45 leden overblijft. Paul Ascoop trachtte nog via een fusie met Mariën Theeren te redden wat er te redden viel, maar de fusie mislukte en het koor degradeerde na zovele jaren naar tweede afdeling. Ook Antoon De Spiegeleer heeft deze curve nog niet kunnen ombuigen. Dat komt echter omdat er de laatste tijd vele “ad hoc”-koren aan deze competitie deelnemen. Koren met leden die wél muziek kunnen lezen, maar anderzijds geen hecht blok vormen, zodat zij na een paar jaren opnieuw verdwijnen. “Na de repetities rijdt men daar recht naar huis, men spreekt zelfs niet tegen elkaar,” zeggen de mensen van Jubilate vol misprijzen. “Zo’n koor willen wij niet worden!” Gelukkig niet, zouden wij zo zeggen.

Referentie
Ronny De Schepper, Collegium Cum Splendore, Het Laatste Nieuws 23 maart 1995
Ronny De Schepper, Jubilate: zingen met de partituur ondersteboven, Het Laatste Nieuws 30 oktober 1996

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.