Jeffrey Sachs is één van de invloedrijkste en wereldwijd actieve Amerikaanse economen. Hij schreef een open brief aan de Duitse bondskanselier Friedrich Merz over Oekraïne en de veiligheid in Europa. De brief werd gepubliceerd in de krant de Berliner Zeitung.

Jeffry Sachs (°1954, Detroit), is Amerikaans hoogleraar aan de Columbia University in New York. Hij was dertig jaar geleden bekend als een neoliberaal econoom, toen bekend om zijn shocktherapie als hij advies gaf aan regeringen, wereldwijd. B.v. in de jaren negentig was Sachs onder het rechts-liberale regime van de Russische president Boris Jeltsin, kind aan huis in het Kremlin en op ministeries om de shocktherapie toe te passen. Mede door zijn adviezen werd de Russische economie in een brutale transitie gestort naar een economie van het wilde roofdierkapitalisme.

Begin deze eeuw werd hij aangesteld als speciaal adviseur van de opeenvolgende secretarissen-generaal van de Verenigde Naties. Sachs speelde iet of wat gerecycleerd een belangrijke rol in het vastleggen van de milleniumdoelstellingen, bedoeld om armoede, analfabetisme, kinder- en moedersterfte te bannen op halflange termijn. Hij is momenteel hoogleraar aan de Columbia universiteit in New York. Hij is daar tevens directeur van het Earth Institute dat zich toelegt op de socialeUrsula en milieuproblematiek.

In zijn kijk op de oorlog in Oekraïne, op de veiligheidsproblematiek in Europa, heeft hij een andere mening dan de Atlantische elites van links en rechts in het westen, die ziek zijn van loyauteit aan Washington, van oorlogskoorts en militarisme. Steeds meer Europeanen stellen zich hierbij vragen en pleiten voor een zelfstandig op vrede gericht Europees beleid. Er worden verkiezingen mee gewonnen.

Vooral het economisch sterkste land in Europa, Duitsland o.l.v. van de christendemocraat Friedrich Merz (en zijn Duitse landgenoot EU-commissievoorzitter Ursula von der Leyen), spelen hierin een gevaarlijke voortrekkersrol van de oorlogszucht tegen Rusland.

Begin dit jaar sprak Jeffrey Sachs in het Europese parlement. Uit de brief die verscheen op 17 december in de Berliner Zeitung, gericht tot de Duitse kanselier Friedrich Merz, geven we een aantal uittreksels. (onderlijning, cursief en zwart zijn van de redactie)                                                                                        

Geachte heer kanselier Merz,

U heeft herhaaldelijk gesproken over de verantwoordelijkheid van Duitsland voor de Europese veiligheid. Deze verantwoordelijkheid kan niet worden nagekomen door middel van slogans, selectieve herinnering of de voortdurende normalisering van oorlogstaal.

Veiligheidsgaranties zijn geen éénrichtingsinstrumenten. Ze werken voor beide kanten. Dit is geen Russisch of Amerikaans probleem. Het is een fundamenteel beginsel van de Europese veiligheid, uitdrukkelijk vastgelegd in de Helsinki-slotakte, het kader van de Organisatie voor Samenwerking in Europa (0VSE) en decennia van naoorlogse diplomatie.

Duitsland heeft de plicht om dit moment met ernst en historische eerlijkheid te benaderen. Op dit punt schieten de recente retoriek en politieke keuzes gevaarlijk tekort.

Sinds 1990 zijn de fundamentele veiligheidsbelangen van Rusland herhaaldelijk genegeerd, gebagatelliseerd of direct geschonden. Vaak met actieve deelname of stilzwijgende goedkeuring van Duitsland.

Deze historische feiten kunnen niet worden genegeerd als de oorlog in Oekraïne moet worden beëindigd, en evenmin als Europa een permanente staat van confrontatie wil vermijden.

Aan het einde van de Koude 0orlog gaf Duitsland de Sovjet Unie (en later de Russische leiders) herhaaldelijk en expliciet de verzekering dat de NAVO niet oostwaarts zou uitbreiden. Deze verzekeringen werden gedaan in de context van de Duitse hereniging. Duitsland heeft daarvan enorm geprofiteerd. De snelle hereniging van uw land binnen de NAVO zou niet hebben plaatsgevonden zonder Sovjetconsensus die op die toezeggingen was gebaseerd.

Om vervolgens te doen alsof die verzekeringen er nooit toe hebben gedaan, of dat het slechts terloops opmerkingen waren, is onrealistisch. Het is geschiedenisvervalsing.

In 1999 nam Duitsland deel aan de NAVO-bombardementen op Servië, het eerste grote conflict dat door de NAVO werd gevoerd zonder toestemming van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties.

Dit was geen defensieve actie. Het was een baanbrekende interventie die de veiligheidsorde na de Koude Oorlog radicaal veranderde.

Voor Servië en Rusland was dit geen abstractie. De boodschap was ondubbelzinnig: de NAVO zou geweld gebruiken buiten haar grondgebied, zonder VN-goedkeuring en ongeacht Russische bezwaren.

In 2002 trokken de Verenigde Staten zich eenzijdig terug uit het Anti-Ballistisch Raketverdrag, dertig jaar lang een hoeksteen van strategische stabiliteit.

Duitsland maakte hiertegen geen ernstig bezwaar. Toch vond de afbrokkeling van de wapenbeheersingsarchitectuur niet in een vacuüm plaats.

Raketafweersystemen die dichter bij de Russische grens werden gestationeerd, werden door Rusland terecht als destabiliserend beschouwd. Het afdoen van de percepties als paranoia was politieke propaganda, geen verstandige diplomatie.,

In 2008 erkende Duitsland de onafhankelijkheid van Kosovo, ondanks expliciete waarschuwingen dat dit het principe van territoriale integriteit zou ondermijnen en een precedent zou scheppen dat elders zou worden nagevolgd.

Opnieuw werden de bezwaren van Rusland afgedaan als kwade trouw, in plaats van als serieuze strategische overwegingen te worden beschouwd.

De aanhoudende poging om de NAVO uit te breiden naar Oekraïne en Georgië – formeel aangekondigd tijdens de NAVO-top in Boekarest in 2008- overschreed een zeer duidelijke rode lijn, ondanks krachtige, duidelijke, consistente en herhaalde bezwaren van Moskou gedurende jaren.

Wanneer een grootmacht een fundamenteel veiligheidsbelang identificeert en dit decennialang herhaalt, is het negeren ervan geen diplomate. Het is bewuste escalatie.

Geachte Heer Merz,

De rol van Duitsland in Oekraïne sinds 2014 is bijzonder zorgwekkend. Berlijn bemiddelde samen met Parijs en Warschau bij de overeenkomst van 21 februari 2014 tussen president Janoekovitsj en de oppositie. Het was een overeenkomst die bedoeld was om het geweld te stoppen en de constitutionele orde te handhaven.

Binnen enkele uren stortte die overeenkomst in. Een gewelddadige staatsgreep volgde. Een nieuwe regering kwam aan de macht via buitenwettelijke middelen. Duitsland erkende en steunde het nieuwe regime onmiddellijk. De overeenkomst waarvan Duitsland de garantsteller was, werd zonder gevolgen opgezegd.

De Minsk II- overeenkomst van 2015 was bedoeld als een correctie, een onderhandelingskader om een einde te maken aan de oorlog in Oost-Oekraïne.

Duitsland trad opnieuw op als garantsteller. Toch werd Minsk II zeven jaar lang niet door het regime van Oekraïne uitgevoerd. Kiev verwierp openlijk de bepalingen. Duitsland slaagde er niet in ze af te dwingen.

Voormalige Duitse en Europese leiders (red. waaronder de vorige Duitse kanselier Angela Merkel) erkenden later dat Minsk II meer een uitstelmaneuver was dan als een vredesplan werd beschouwd. Alleen al deze erkenning zou tot zelfreflectie moeten aanzetten.

In deze context klinken oproepen tot steeds meer wapens, steeds hardere retoriek en steeds grotere ‘vastberadenheid’ hol. Ze vragen Europa het recente verleden te vergeten om een toekomst van permanente confrontatie te rechtvaardigen.

Europeanen zijn prima in staat te begrijpen dat veiligheidsdilemma’s reëel zijn. Dat de acties van de NAVO-gevolgen hebben en dat de vrede op het continent niet kan bereikt worden door te doen alsof veiligheidszorgen van Rusland niet bestaan.

De Europese veiligheid is ondeelbaar. Dat betekent dat geen enkel land zijn veiligheid kan versterken ten koste van een ander land, zonder instabiliteit te veroorzaken. Het betekent dat diplomatie geen appeasement is en dat historische eerlijkheid geen verraad is.

Ooit was er de Duitse Ostpolitik

Duitsland begreep dit ook. Ostpolitik was geen zwakte, maar strategische volwassenheid. (red. onder meer met de Duitse politicus en ex-kanselier Willy Brandt).

De Ostpolitik erkende dat de stabiliteit van Europa afhing van dialoog, wapenbeheersing, economische banden en respect voor de legitieme veiligheidsbelangen van Rusland.

Vandaag heeft Duitsland die volwassenheid opnieuw nodig. Stop met praten alsof oorlog deugdelijk en onvermijdelijk is. Stop met het overlaten van strategisch denken aan holle frasen van bondgenoten.

Ga serieus met diplomatie om. Niet als een public-relations oefening, maar als een oprechte poging om een Europese veiligheidsstructuur op te bouwen die Rusland omvat in plaats van uitsluit.

Duidelijkheid en terughoudendheid moet de start zijn van een Europese veiligheidsarchitectuur. Allereerst vereist dit ondubbelzinnig het einde van een oostwaartse uitbreiding van de NAVO richting Oekraïne en Georgië en elke andere staat langs de grens met Rusland. (*)

De NAVO-uitbreiding was geen gevolg van de post-Koude Oorlogsorde. Het was een politieke keuze die werd gemaakt in strijd met plechtige toezeggingen in 1990 en die werd doorgevoerd ondanks herhaalde waarschuwingen dat dit Europa zou destabiliseren.

De veiligheid in Oekraïne zal niet komen door de inzet van Duitse, Franse of andere Europese troepen in de voorhoede. Het zou de verdeeldheid vergroten en de oorlog verlengen.

De veiligheid zal komen door neutraliteit, gesteund door geloofwaardige internationale garanties.

De historische feiten zijn ondubbelzinnig. Noch de Sovjet-Unie, noch de Russische Federatie hebben de soevereiniteit van neutrale staten in de naoorlogse orde geschonden. Noch Finland, noch Oostenrijk, noch Zweden, noch Zwitserland, noch wie dan ook. Neutraliteit werkte omdat het de legitieme veiligheidsbelangen van alle partijen diende. Er is geen serieuze reden om te doen alsof het niet opnieuw kan werken.

Ten tweede vereist stabiliteit demilitarisatie en wederkerigheid. Russische troepen moeten uit de buurt van NAVO-grenzen blijven en NAVO-troepen – inclusief raketsystemen- moeten uit de buurt van Russische grenzen worden gehouden.

Veiligheid is ondeelbaar, niet unilateraal. Grensgebieden moeten worden gedemilitariseerd door middel van controleerbare overeenkomsten en moeten niet worden volgepropt met steeds meer wapens.

De sancties moeten worden opgeheven als onderdeel van een onderhandeld akkoord. Ze hebben geen vrede gebracht en hebben de Europese economie zelf ernstige schade toegebracht.

Duitsland moet de roekeloze confiscatie van Russische staatsbezittingen afwijzen. Het is een flagrante schending van het internationaal recht die het vertrouwen in het mondiale financiële systeem ondermijnt.

Het herstel van de Duitse industrie door middel van legale en onderhandelde handel met Rusland is geen capitulatie. Het is economisch realisme. Europa moet zijn productiebasis niet vernietigen in naam van moreel vertoon.

Ten slotte moet Europa terugkeren naar de institutionele fundamenten van zijn veiligheid. De OVSE – en niet de NAVO – moet opnieuw het belangrijkste forum worden voor de Europese veiligheid, het opbouwen van vertrouwen en wapenbeheersing.

Strategische autonomie voor Europa betekent precies dat een Europese veiligheidsorde die gevormd wordt door Europese belangen en niet door permanente onderwerping aan het expansionisme van de NAVO.

Frankrijk zou zijn nucleaire afschrikking terecht kunnen uitbreiden als een Europese veiligheidsparaplu. Maar uitsluitend in een strikt defensieve opstelling zonder vooruitgeschoven systemen die een bedreiging vormen voor Rusland.

Europa moet dringend aandringen op een terugkeer naar het INF-raamwerk (middellange afstand raketsystemen) en op strategische onderhandelingen voor nucleaire wapenbeheersing waarbij de Verenigde Staten en Rusland, en later China, betrokken zijn.

Geachte heer Merz,

Het allerbelangrijkste is dat U de geschiedenis bestudeert en er eerlijk over bent. Zonder eerlijkheid kan er geen vertrouwen zijn. Zonder vertrouwen geen veiligheid.

En zonder diplomatie loopt Europa het risico de rampen uit het verleden te herhalen waarvan het beweert te hebben geleerd.

De geschiedenis zal uitwijzen wat Duitsland zich herinnert en wat het vergeet. Laat Duitsland kiezen voor diplomatie en vrede, en zich aan zijn woord houden.

Met alle respect,

Jeffrey SACHS, hoogleraar aan de Columbia University, New York.

 (*) De veiligheidsarchitectuur. Allereerst vereist dit een ondubbelzinnig einde aan de oostwaartse uitbreiding van de NAVO: richting Oekraïne, Georgië en elke andere staat langs de grens met Rusland.

Foto: World Economic Forum from Cologny, Switzerland – Jeffrey D. Sachs – World Economic Forum on East Asia 2011. Fotograaf: Sikarin Thanachaiary.

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.