Het studententoneelfestival te Zagreb in september ’68 (foto Vhorvat via Wikipedia) vormde een theoretisch keerpunt waaraan de discussie over het politieke theater werd opgehangen. Theater als middel tot revolutie of als reflectiemiddel achteraf. Theater dat zich wou afzetten tegen de consumptiemaatschappij. Zagreb was een polarisatiepunt van wat leefde in toneel- en studentenmiddens. Van daaruit zou, via ook de festivals van Parma en Nancy een afgelijnde politiek en maatschappelijk geëngageerde theaterbeweging vertrekken. Toneel zou voor bewustwording moeten zorgen. Dat bewustmaken dient te geschieden door actie: straattoneel, agit-prop, provocatie en participatie door het publiek. Belangrijk is dus dat toneel zelf niet tot consumptieartikel verwordt: de toeschouwer consumeert theater-met-politieke-inslag. Slechts vrij zelden werkte het theater echt politiserend op het publiek in : reactie uitlokkend dus. Hoe zuiver van bedoeling ook, de gezelschappen evolueerden tot theater dat zich laat consumeren.
Lees verder “Zestig jaar geleden: toneel als middel of als doel?”