De Peruaanse auteur Mario Vargas Llosa viert vandaag zijn negentigste verjaardag…

Omwille van het feit dat hij in 2010 de Nobelprijs voor literatuur heeft gewonnen, heb ik het enige boek dat ik van hem bezit uit de kast gehaald. Het betreft “Geheime notities van don Rigoberto” (oorspronkelijke titel: “Los cuadernos de don Rigoberto”), een roman uit 1997.
Het is een boek uit de reeks “boeken van liefde en lust”, in 2004 uitgegeven door De Morgen. Ik heb me die toen allemaal aangeschaft (“allemaal”, dat wil eigenlijk zeggen “ongeveer de helft”, aangezien ik de andere helft reeds in mijn bezit had, zij het uiteraard in een andere uitgave), een kost die ik me had kunnen besparen, want met de jaren is de belangstelling voor erotiek haast helemaal weggeëbd. Iets wat ik niet had verwacht, eerlijk gezegd, maar wat me nog meer verwondert is dat me dit helemaal niet onrustig maakt of zo. Integendeel, ik kijk terug op een goed gevuld en vooral zeer gedifferentieerd leven op dat vlak, maar ik vind dat het nu wel goed is geweest.
Voor de meeste boeken uit deze reeks heb ik dus geen aandrang gevoeld om ze ter hand te nemen en als ik het dan toch al eens gedaan heb (bijvoorbeeld in het geval van Charles Palliser), dan is het mij tegengevallen. Ik verwacht dus dat dit bij Vargas Llosa ook het geval zal zijn. Ik ben op dit moment ongeveer vijftig bladzijden ver (gisteren in de wachtzaal bij de oogarts, want eigenlijk ben ik het boek van Dree Peremans over Dirk Van Esbroeck aan het lezen, maar dat was te onhandig om mee te nemen) en mijn vaststelling is dat Vargas Llosa mij meer bevalt dan Palliser (in dit genre dan, want zoals gezegd ben ik een grote fan van “The Quincunx”), maar anderzijds heb ik het toch niet moeilijk om het boek weg te leggen en dat is meestal een doorslaggevend criterium.
Ik ga wel akkoord met Llosa’s visie op erotiek: “Het trage, het formele, het rituele, het theatrale, dat is erotiek,” schrijft hij p.50. En natuurlijk is het werk méér dan louter erotiek, het feit dat de don Rigoberto uit de titel een “auditeur” is (dat woord bestaat niet, maar ik gebruik het als auditieve tegenhanger van een “voyeur”: don Rigoberto raakt opgewonden als hij zijn geliefde hoort beschrijven hoe zij de liefde bedrijft met anderen) geeft de auteur de gelegenheid te experimenteren met de werkwoordvormen. De hij-vorm uit de verhalen van Dona Lucretia gaat soms ongemerkt over in de jij-vorm als don Rigoberto zich helemaal inleeft in de situatie.
Dat vertaler Arie van der Wal soms “dit keer” schrijft, waar het “deze keer” moet zijn, daar ga ik me niet druk meer over maken en ik weet ook niet wat ik ervan moet vinden dat hij de fouten tegen het Latijn (die door Vargas Llosa worden gemaakt, neem ik aan, want anders zou van der Wal die fouten toevoegen, wat natuurlijk helemaal niet kan) ongemoeid laat. Zo staat er p.36 “experts dixit”, m.a.w. een onderwerp in het meervoud gevolgd door een werkwoordvorm in het enkelvoud. En een hele leuke is ook “homus urbanus” (p.33). Akkoord dat vele zelfstandige naamwoorden in het Latijn op -us eindigen, maar het is toch nog altijd “homo sapiens” en niet “homus”…
Desondanks zou ik het boek wel willen aanraden aan de lezers van het extreem-conservatieve tijdschrift Positief. En dan wel omdat in het decembernummer van 2011 er een bijdrage instaat van deze Vargas Llosa: “God in Madrid” over de Wereldjongerendagen die enige tijd daarvóór hebben plaatsgehad in de Spaanse hoofdstad. Het is uiteraard twijfelachtig of Vargas Llosa wel wéét dat hij wordt misbruikt om deze ideologie te verspreiden, maar anderzijds past zijn artikel, dat als kernboodschap heeft dat “religie niet enkel geoorloofd, maar ook onmisbaar (is) in een democratische maatschappij“, perfect in het geheel, dus misschien moeten we het gebruik van het woord “misbruik” maar achterwege laten en Vargas Llosa wel degelijk binnen deze contekst situeren…
Maar goed, het zal dus wel niet bij mij zijn dat u aan uw trekken kunt komen als u op zoek bent naar informatie over de jongste Nobelprijswinnaar. Ongetwijfeld kunt u beter terecht bij confrater Jan Mariën (zie “een fervent lezer” in de kolom hiernaast), al is de kans niet gering dat deze in het Spaans over de Meester zal schrijven en misschien bent u, net zoals ik, deze taal niet machtig. Over Jan Mariën gesproken trouwens, dat boek van Dree Peremans over Dirk Van Esbroeck zou echt niet misstaan in zijn boekenkast…

Ronny De Schepper

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.