In 1954 werd er nog veel naar de film gegaan in een dorp als Temse. Dat was nog in de heerlijke tijd dat mijn Tante Tien, de zus van mijn grootmoeder, luidop de onderschriften meelas – en dat niemand zich daar blijkbaar aan stoorde. De eerste film die ikzelf in dat jaar (ik was toen drie) zou hebben gezien, is de Duitse melodramatische prent “Feuerwerk”, in de volksmond beter gekend als “Oh mein papa”. “Zou”, jawel, want deze circusfilm met de gekende melodie, die in de film zogezegd (*) gezongen wordt door Lilli Palmer, die vandaag 35 jaar geleden is gestorven, kreeg ik dus te zien op een leeftijd dat ik me daar zelf niet echt van bewust was. Ik heb er met andere woorden geen echte herinneringen aan.
Toch heb ik daar naar het schijnt in de bioscoop de show gestolen. Op een bepaald moment komt er immers in de film een rolschaatsende aap voor en ik zou luidkeels gegild hebben: “Oh kijk, een aap op rolschoenen!” En volgens de overlevering lag daardoor de hele bioscoopzaal plat. Als dit verhaal wààr is – en waarom zou het niet eigenlijk? – dan vat dit eerste publieke optreden wel mijn leven samen: een leven als een aap op rolschoenen. Onaangepast, aanstootgevend, steeds op het punt om uit te glijden…
Je moet trouwens ook geen psychologie gestudeerd hebben om in te zien waarom juist films als “E.T.” of “Greystoke” er steeds weer in slagen mij te ontroeren: het gaat hier telkens over een individu dat uit zijn vertrouwde leefwereld is gerukt en hopeloos probeert te communiceren met zijn nieuwe omgeving.
Niet dus zoals Cornelis De Scheppere, alias Schepperus. Hij werd in 1502 in Nieuwpoort geboren en is in 1554 in Eke gestorven. Hij is alvast de enige literaire Schepper die ik tot hiertoe heb gevonden. Anderzijds was hij ook een diplomaat en dat heb ik duidelijk niet geërfd…
Misschien ben ik wel eerder verwant aan… Jan de Lichte. Diens moeder was immers niemand minder dan Elizabeth de Schepper. Net als haar echtgenoot Joos de Lichte wordt ze in 1750 veroordeeld tot geseling en levenslange verbanning. Ze was toen zeventig jaar oud en het kranige besje loochende dat ze vroeger al eens een veroordeling had opgelopen. Maar twee jaar eerder was ze in Aalst zowaar reeds gegeseld en levenslang verbannen en nog twee jaar vroeger was ze gebrandmerkt (met de letter V) en verbannen voor vijftien jaar (wat ook wel op levenslang neerkwam op haar leeftijd). Ook haar broer Salomon (de “kapitein” zoals hij door z’n bende werd genoemd) was als stelende oom een lichtend voorbeeld voor Jan De Lichte. De veroordelingen waren inderdaad voornamelijk op basis van “diefstal”, maar de familie De Lichte-De Schepper was zo arm dat die mensen wel moesten stelen om te overleven. Dat “stelen” bestond dan ook in graan van een akker of fruit van de bomen. In het beste geval zocht ook al eens een “kieken” de weg naar hun schamele huisje op… Maar dit laatste was eerder een specialiteit van Salomons zoon Joannes die de familie “een slechte naam” gaf. Hij heeft er dan ook zwaar voor moeten boeten in het Steen te Aalst. Omdat hij niet wilde bekennen, zelfs niet na herhaalde martelingen, kwam hij er met verbanning vanaf, maar daar stoorde hij zich niet aan, zodat hij bij een razzia werd opgepakt en op 3 december 1748 opgeknoopt in Aalst.
Veel later zou er nog een De Schepper enige faam verwerven als… LUSTOBJECT. In het voorjaar 2001 startte immers de nieuwste theaterproductie van Els De Schepper: “Lustobject”, nadat ze vroeger reeds een voorstelling had gemaakt die rond “konijnen” draaide. Het kind mag dan geen familie van mij zijn, we hebben duidelijk dezelfde interesse!
Ronny De Schepper
(*) In werkelijkheid was het Marina Hontine.