“Voor velen is kerstmis een periode vol verschrikkingen,” schrijft de Brit Steven Berkoff, adept van het théâtre de la cruauté van Antonin Artaud, zeer terecht. “Vooral voor introverten die, als de kaartjes geteld worden, overvallen worden door een overdreven gevoel van waardeloosheid.” Zo’n zielepoot is Harry die op kerstavond met zichzelf en zijn macho-dromen wordt geconfronteerd. Deze cynische monoloog uit 1986 werd door de Arca-huisregisseurs, de Siamese tweeling Hugo Van Laere en Bart Verschaeve, ontdubbeld in twee personages, gespeeld door Pierre Callens en Philippe Ceulemans (alhoewel Berkoff in zijn monoloog zelf al twee verschillende lettertypes gebruikt naar gelang van “welke” Harry aan het woord is). En omdat alle goede dingen in Arca uit twee blijken te bestaan, werden er ook nog twee muzikanten (Johan Derijcke en Tom Wouters) aan toegevoegd en daarbovenop is er nog een klankband van alweer een duo, Martine Ketelbuters en Stef Van Alsenoy. Er wordt geacteerd op een loopbrug boven de toeschouwers, die dan ook naar believen mogen gaan verzitten, maar bij reisvoorstellingen doet men toch maar gewoon, dan doet men al gek genoeg.
Referentie
Ronny De Schepper, Arca doet het met twee, Het Laatste Nieuws 9 januari 1996