Wout Van Aert (bovenstaande foto Axel VH, onderstaande foto Erik Westerlinck) heeft nu ook de Amstel Gold Race gewonnen. Al was het minutenlang bang afwachten tot de jury onze landgenoot uitriep tot winnaar. Opnieuw (na de Brabantse Pijl) was het Tom Pidcock die Wout het vuur aan de schenen legde. (Sporza)

Zoals te verwachten was, is het lemma over Wout Van Aert (Herentals, 15 september 1994) op Wikipedia veel te uitgebreid om over te nemen. Daarom beperk ik me tot zijn resultaten bij de jeugd.
Van Aert genoot zijn opleiding bij het jeugdteam van Telenet-Fidea. Na een anoniem eerste seizoen bij de junioren in 2010–2011, liet hij voor het eerst van zich horen in 2011–2012. Zo won hij dat seizoen de cross in Ruddervoorde. Het was dat seizoen de enige cross die Mathieu van der Poel NIET wist te winnen. Op zowel het BK als het WK werd hij tweede, dit achter respectievelijk Daan Soete en diezelfde Van der Poel. Vanaf het seizoen 2012–2013 maakte Van Aert de overstap naar de beloften. Als eerstejaars presteerde hij uitstekend, hij won verscheidene crossen en werd zowel op het BK als het WK derde. Door zijn prestaties werd hij op 1 januari 2013 prof bij Telenet-Fidea. In het daaropvolgende seizoen domineerde hij samen met Van der Poel de beloftencategorie. Van Aert kroonde zich dat seizoen tot wereldkampioen in Hoogerheide, nadat hij drie weken eerder gediskwalificeerd werd tijdens het BK in Waregem na een valse start. Ook won hij zijn eerste wedstrijd bij de elite, in Otegem klopte hij Klaas Vantornout en Rob Peeters, daags na dat bewuste BK.
Gaandeweg het seizoen 2014–2015 merkte Van Aert dat hij de beloftencategorie ontgroeid was. Zo won hij het EK en verscheidene manches in de wereldbeker. Tegelijk met eeuwige rivaal Van der Poel besloot hij enkele weken voor het WK om vanaf nu definitief bij de profs te gaan rijden.
We springen dan naar eind 2018. Toen heeft Wout van Aert de Sylvestercross in Bredene gewonnen. De wereldkampioen won voor Quinten Hermans en Jens Adams. Voor Van Aert is het nog maar zijn tweede overwinning van het veldritseizoen, nadat hij op 18 oktober in Ardooie won. Voor de rest was Mathieu Van der Poel hem steeds te sterk en occasioneel ook Toon Aerts, die in Bredene allebei niet van de partij waren.
Sinds Wachtebeke rijdt de wereldkampioen na een cross uit op de rollen (“cooling down”). En dat werkt de tegenstanders op de zenuwen omdat ze langer moeten wachten op het begin van de ceremonie. “Het was al een paar keer dat we écht moesten wachten”, aldus Van der Poel. De Française Christelle Reille, werkzaam bij de Internationale Wielerunie (UCI), duwde in Namen dan ook op de timer op het moment dat Mathieu van der Poel en Toon Aerts zich begonnen schoon te wrijven voor de ceremonie. “Het is me deze week gezegd dat ik tien minuten kreeg”, zei een pissige Van Aert. ’s Anderendaags verontschuldigde hij zich al, omdat hij wellicht inzag dat een podiumceremonie bij het veldrijden toch wel uitzonderlijk is. Dit jaar hebben we (“dankzij” de opwarming van de aarde) gelukkig bijna altijd met milde temperaturen te maken gehad, maar ik herinner mij uit het verleden podia met Marc Janssens of Erwin Vervecken, waarbij de gevierde renner stond te bibberen van de kou!
Daarna heeft Wout Van Aert de veldrit in La Mézière in Frankrijk op zijn naam gebracht. Er stond geen maat op de wereldkampioen die met bijna twee minuten voorsprong won en zo zijn derde zege van het seizoen pakte. In de strijd om de tweede plek vloerde de Fransman Clément Venturini onze landgenoot Quinten Hermans in de sprint. Na afloop haalde Wout van Aert op Twitter wel zwaar uit naar Sporza. Tijdens de uitzending van de veldrit in Brussel sprak commentator Michel Wuyts over de 20.000 euro startgeld die Van Aert naar verluidt zou krijgen in Frankrijk. In het verslag na afloop van de cross in La Mézière titelde Sporza op zijn website als volgt: ‘Van Aert maakt zijn (forse) startgeld waar in Mézière’. In het verslag zelf passeerde ook volgende passage: “Wout van Aert werd door de organisatie in Bretagne verleid met een fors bedrag om te starten (20.000 euro, naar verluidt). Van Aert kon dan ook nog eens het vliegtuig nemen naar het westen van Frankrijk. Reden genoeg voor de wereldkampioen om de DVV-cross in Brussel links te laten liggen. Maar Van Aert gaf de Fransen wel waar voor hun geld.” Dat was blijkbaar niet helemaal naar de zin van de wereldkampioen en hij reageerde fors op Twitter. “Wat krijgt u betaald om op zondagmiddag een livestream te volgen vanuit uw luie zetel? #niveaunihil.”
Zijn vierde zege van het jaar pakte hij in Pontchâteau voor Toon Aerts en Michael Vanthourenhout. Voor Van Aert was het zijn eerste overwinning in een klassementscross dat seizoen. (Wikipedia)


Op de weg hield Wout wél gelijke tred met veelwinnaar Mathieu Van Der Poel. Nadat hij vriend en vijand verraste met zijn zege in de tijdrit van de Dauphiné en daarna ook nog een massasprint heeft gewonnen, kon hij de groene puntentrui niet meer verliezen, ook al omdat hij in de spurt ook nog een een knappe tweede en een derde plaats had veroverd. Na zijn tijdritzege, waarbij Van Aert onder meer Van Garderen en Dumoulin achter zich liet, was Mathieu Van der Poel er als één van de eersten bij om zijn “concullega” te feliciteren. Hij voegde er ook nog ‘veldrijden is baas’ aan toe.

Vervolgens werd Wout de nieuwe Belgische kampioen tijdrijden. De renner van Jumbo-Visma won voor twee sterkhouders van Deceuninck-Quickstep Yves Lampaert en Remco Evenepoel. Werelduurrecordhouder Victor Campenaerts werd “slechts” vierde. Van Aert mocht zijn nieuwe tricolore een week later reeds showen in de Tour. Daar heeft hij in zijn eerste Tour de France meteen een etappe gewonnen, in een massasprint dan nog. In Albi klopte hij Viviani, Ewan, Sagan en Matthews. Het peloton was door waaiers fel uitgedund en o.a. Dylan Groenewegen zat er niet meer bij, zodat Wout zijn eigen kans mocht gaan. Die heeft hij met beide handen gegrepen. In de tijdrit kwam hij echter zwaar ten val, een val die hem tot ver in het volgende veldritseizoen buiten strijd zou houden. 

Maar in februari had hij na alle ellende in extremis dan toch zijn eerste zege van het crossseizoen beet. In de Krawatencross van Lille – voor eigen volk dus – gooide hij halfweg cross iedereen overboord, waarna hij een tijdrit opvoerde door het Kempische zand. 384 dagen na zijn laatste zege in het veld in Pontchâteau en 204 dagen na zijn zware val in de Tour was er eindelijk deze triomf, die uiteraard wat emoties losmaakte.

Daarna kwam natuurlijk de coronacrisis, waarbij hij zich in de Container Cup o.a. liet opvallen met een prachtige loopprestatie. Maar het beste moest nog komen: toen het seizoen werd heropend, heeft hij na een derde plaats in 2018 en 2019 dan eindelijk de eerste prijs gewonnen in de Strade Bianche. Met een aanval op de laatste witte grindstrook deed hij zijn laatste medevluchters, de Italiaanse (Formolo) en de Duitse kampioen (Schachmann), in het stof bijten.

Een week later heeft hij zijn favorietenrol waargemaakt in Milaan-Sanremo. Op de streep klopte hij zijn medevluchter Julian Alaphilippe, de laureaat van vorig jaar. Daarna zette hij zijn goede vorm voort in de Dauphiné door met verve de openingsrit te winnen en verder uitstekend werk te leveren voor zijn kopman Primoz Roglic. Deze had ook de leiding in het puntenklassement, maar de nummer twee, Wout van Aert, mocht met de trui rondrijden. Toen Roglic na een val niet meer startte in de slotrit, mocht Wout voor een tweede keer deze trui de zijne noemen, al liep dit niet van een leien dakje: Tadej Pogacar behaalde evenveel punten, maar de ritzege van Wout van Aert gaf de doorslag.

Daarna is hij in Koksijde voor de tweede keer op rij Belgisch kampioen tijdrijden geworden. Zilver was er voor Victor Campenaerts, het brons ging verrassend naar Frederik Frison. Daarna ging hij van start in de Tour. Nadat hij eerder Cees Bol afhield in de sprint, was hij daarna in Lavaur de snelste van een door de wind en het beulswerk van Bora-Hansgrohe uitgedund peloton. Buiten deze twee ritoverwinningen liet Wout zich vooral opmerken door zijn eigen beulswerk in de bergen. Zo reed hij b.v. Tourwinnaar Bernal uit de wielen. Helaas werd zijn werk uiteindelijk niet bekroond met een zege van Primoz Roglic, want die stortte in elkaar in de slottijdrit op La Planche des Belles Filles, waarin Wout zelf nog vierde werd.

In het daaropvolgende veldritseizoen heeft hij in zijn thuishaven Herentals voor het eerst sinds 2018 Mathieu van der Poel nog eens kunnen kloppen in een veldrit. Alhoewel de Nederlander kreeg af te rekenen met materiaalpech, was Van Aert toch erg opgezet met deze overwinning: “Dit betekent toch wel iets voor mij. Ik had mijn zinnen hier echt op gezet en soms mag het ook eens meezitten.”

Daarna heeft hij zich eens flink uitgeleefd in de eerste én erg vettige editie van de Wereldbekermanche in Dendermonde. Niemand was opgewassen tegen zijn zware motor. Wereldkampioen Mathieu van der Poel kwam op bijna drie minuten binnen, Toon Aerts vergezelde de twee tenoren op het podium.

De kersverse vader heeft daarna zijn favorietenrol waargemaakt op het Belgisch kampioenschap veldrijden in Meulebeke. Na twee rondes beukte hij zijn laatste tegenstanders uit het wiel. Toon Aerts klopte Michael Vanthourenhout in de strijd om de eerste ereplaats. Enige tijd later heeft hij zijn eerste veldrit in de Belgische driekleur gewonnen. Van Aert was in de Zilvermeercross in Mol de sterkste in het zand en kende dus een goeie repetitie voor het WK in Oostende (31 januari). Een andere zandspecialist Laurens Sweeck werd tweede. Heel wat toppers stuurden hun kat naar Mol, dat geen klassementscross is.

Daarna heeft Wout de laatste test voor het WK met glans doorstaan. In Overijse smeerde hij Mathieu Van der Poel een dikke minuut achterstand aan, al dient wel opgemerkt dat de regerende wereldkampioen op een cruciaal moment met een lekke band diende af te rekenen. Van Aert kroont zich zo voor de derde keer tot eindwinnaar in de Wereldbeker, waardoor Tim Merlier, in het dagelijkse leven ploegmaat van Van der Poel, als negende Belg mee mag naar het WK. (Sporza)

Koffietje in Villaflor (Tenerife)

Daarna heeft hij zijn ambities in Tirreno-Adriatico meteen kracht bijgezet. Hij won de openingsetappe van de Italiaanse rittenkoers na een massasprint. Onze landgenoot was sneller dan Caleb Ewan en is de eerste leider. Het was nog maar zijn tweede koersdag van dit seizoen na een vierde plaats in de Strade Bianche. (Sporza)

De test in Tirreno-Adriatico was al meer dan bevredigend, maar met zijn tijdritzege in San Benedetto del Tronto vóór Stefan Kung en Filippo Ganna plaatste Wout van Aert pas echt de kers op de taart. Een uurtje na zijn nummertje keek de tweevoudige ritwinnaar, de nummer 2 in de eindstand en de winnaar van het puntenklassement al naar Milaan-Sanremo van zaterdag. “Ik denk dat ik goed hersteld ben na de zware ritten van de voorbije dagen. Ik heb me overal gesmeten en als je dan zo’n tijdrit in de benen hebt, dan zegt dat iets over de conditie”, reageerde de ritwinnaar bij Sporza.

Daarna rondde hij in Gent-Wevelgem een actie van meer dan 180 kilometer meesterlijk af. Onze landgenoot toonde zich de snelste van een uitgedunde kopgroep. “Zelf had ik vertrouwen in mijn sprint en mijn ploegmaat Nathan Van Hooydonck. Nathan was fantastisch sterk. Ik heb hem moed ingesproken om de laatste keer mee de Kemmel over te geraken, want dat had ik nodig. Nathan heeft er daarna ook nog Sam Bennett afgereden,” aldus de winnaar tegenover Sporza. (Bennett moest een paar keer braken in volle finale.)

Ronny De Schepper

Wout Van Aert na zijn overwinning in de E3-Prijs 2023 (foto Jean-Pierre Verstraete)

Een gedachte over “Wout Van Aert wint de Amstel Gold Race

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.