Het is vandaag ook twintig jaar geleden dat de Amerikaanse zanger Tex Beneke is overleden (foto William P.Gottlieb via Wikipedia). Hij is een typisch voorbeeld van zangers in de zogenaamde big band era (*), toen zangers ondergeschikt waren aan orkestleiders (zelfs Frank Sinatra is zo nog begonnen bij Harry James en Tommy Dorsey). In het geval van Beneke was dat dus Glenn Miller en dat vanaf 1938. Nummers als “Chattanooga Choo Choo” of “I’ve Got A Gal In Kalamazoo” kennen wij dus als zijnde van Glenn Miller en enkel wie wat dieper wil graven, zal weten dat het Tex Beneke is die hierop de vocals voor zijn rekening neemt (**).
Wat ikzelf dan weer niet wist, was dat Beneke zelf ook saxofonist was en dus als zodanig ook een vast onderdeel van het orkest van Glenn Miller uitmaakte. Meer zelfs, toen Miller in 1944 boven de Noordzee verdween, nam Beneke de leiding van het orkest over en dat tot 1950 toen hij zijn eigen orkest stichtte. Hij nam daarvoor op zijn beurt Eydie Gormé in dienst als zangeres. De tijd van de big bands was echter over en Beneke moest vooral aan de kost komen met optredens in pretparken zoals Disneyland.
Ronny De Schepper
(*) Hij is blijkbaar ook een typisch voorbeeld van hoe men in die tijd de broek zo hoog optrok dat ze bijna tot aan de kin kwam! (Dit verwijst uiteraard naar een foto die er nu niet meer staat, maar ik vond het grappig genoeg om het te laten staan.)
(**) Bij het orkest van Glenn Miller hoorde ook een kwartet vocalisten “The Modernaires” genaamd. Het is niet duidelijk of Beneke hier, net zoals die andere Glenn Miller-zanger Ray Eberle, ook deel van uitmaakte (hij zou later met zijn orkest wel eveneens een beroep doen op hen). Ik heb altijd gedacht dat “The Modernaires” model hebben gestaan voor “The Jordanaires”, je weet wel, de begeleidingsgroep van Elvis Presley.