Het is vandaag 125 jaar geleden dat de Cubaanse dichter José Marti is gestorven.
José Marti heeft gedurende veertien jaar als balling in de Verenigde Staten verbleven. Zo zou acteur Cesar Romero (1907-1993) zelfs nog een afstammeling zijn van hem. Romero was de zoon van een Amerikaanse zakenman en een Cubaanse zangeres, die zelf de dochter beweerde te zijn van José Marti.
Het is wel nodig erop te wijzen dat het hier het Cuba van de negentiende eeuw betreft, zeker nu er vanuit Miami een TV-station werkzaam is dat communistisch Cuba met Amerikaanse propaganda bestookt en dat zichzelf TV Marti heeft gedoopt. Gelukkig haalt de Cubaanse regering het signaal uit de lucht, zodat de zender voor niemand uitzendt (maar dit toch blijft doen op kosten van de belastingbetaler). Maar goed, in tegenstelling tot de inval in de Varkensbaai onder president Kennedy bijvoorbeeld, trachtte ook José Marti een inval vanuit Florida op touw te zetten maar dan met de bedoeling Cuba te bevrijden. Dit was in 1895. De aanval mislukte en Marti kwam om tijdens de gevechten.
José Marti was vooral een all-round schrijver (romans, poëzie, pamfletten), maar één lied dat hij heeft geschreven op een Spaans volkswijsje is de geschiedenis ingegaan: Guantanamera. Na o.a. The Sandpipers in de jaren zestig, had ook Helmut Lotti hiermee in 2000 een grote hit, alhoewel het een versie “zonder kloten” was, maar nog veel erger was de “Big Brother”-bewerking “Seks met die blonde”.