Vandaag is het 115 jaar geleden dat in Londen de zogenaamde Stratton Brothers Case van start ging. Dit zou erop uit draaien dat de van moord beschuldigde Engelse broers Alfred en Albert Stratton als eersten veroordeeld werden voor moord op basis van een nieuw soort bewijs, namelijk vingerafdrukken (met de wetenschappelijke naam: dactyloscopie).
De ontdekking van de uniciteit van de vingerafdruk wordt meestal op naam geschreven van de Duitse criminoloog Robert Heindl (1883-1958), maar eigenlijk komt de echte uitvinding een Engelsman toe, die we alleen maar met de voornaam kennen, een zekere Henry: “1902 entdeckte Heindl als junger Jurist einen Zeitschriftenartikel, aus dem hervorging, dass der britische Generalinspekteur von Bengalen, Henry, um die Jahrhundertwende ein Verfahren eingeführt habe, das die Personenfeststellung mit Hilfe eines Fingerabdruckes ermöglichte. Heindl ließ sich eine Abschrift der entsprechenden Akten aus Kalkutta schicken und schlug dann nach deren sorgfältigem Studium den großen Polizeibehörden Deutschlands im Jahre 1903 diese Methode vor, die sich bald die ganze Welt eroberte.” De man die de uitvinding écht populariseerde (en dat dankzij de literatuur) was Arthur Conan Doyle (foto), de schepper van Sherlock Holmes…
Ronny De Schepper