De Franse ex-wielrenner André Le Dissez viert vandaag zijn negentigste verjaardag…
Alhoewel ik eigenlijk zeer weinig afweet over de man in kwestie, is hij voor mij toch een heel prettige jeugdherinnering. Ik had namelijk twee prentjes van hem, enerzijds in een trainingsvest van Mercier (foto 3), de ploeg waarvoor hij zijn hele carrière heeft gereden (1958-1965, alleen in zijn aanvangsjaar, 1957 dus, reed hij voor Alcyon, foto 1), en anderzijds in een trui van “l’équipe Nord-Est” (foto 2), één van de gewestelijke ploegen in de Tour de France.
Pas nu stel ik vast dat dit laatste toch wel merkwaardig was, want Le Dissez is afkomstig uit Bretagne, de wielerstreek bij uitstek in Frankrijk, en die renners reden meestal in de ploeg Ouest/Sud-Ouest. Wilfried Journée geeft een begin van antwoord op deze vraag op de Wielersite: “Deze zoon, van een zwaar oorlogsinvalide met tien kinderen, verliet zijn geboortedorp in de uithoek van Bretagne op jonge leeftijd om op te groeien als een ‘titi de Paris’. Zeer jong reeds verovert hij een vaste job als postbode, met levenslang verzekerd inkomen. Een snellere facteur op de fiets werd nooit voorheen gezien in heel Parijs. Verschillende wielerclubs maakten hem het hof en ook de Franse nationale ploeg, waarin hij jarenlang een vaste stek krijgt gekoppeld aan faciliteiten bij de Post.”
Dus we leren dat hij is weggetrokken uit Bretagne, maar de omgeving van Parijs kan men dan weer niet tot de “Nord-Est” rekenen! (Overigens bij nader inzien is bovenstaande foto niet van zijn eerste profjaar bij Alcyon, maar blijkbaar sponsorde het wielermerk de Parijse amateurploeg van het twaalfde arrondissement zoals men op zijn mouwtjes kan zien…)
Le Dissez maakte oorspronkelijk vooral carrière op de piste: zo was hij in 1954 en 1956 nationaal kampioen in de achtervolging bij de amateurs en werd hij in 1955 tweede achter ?????. In 1956 werd hij ook Frans kampioen in de ploegenachtervolging, samen met zijn team van het twaalfde arrondissement (daarvóór had hij nog bij Fontenay en Courbevoie gereden).
In 1954 was hij ook al vierde geëindigd in het wereldkampioenschap op de weg voor amateurs in Solingen, na onze landgenoot Miel Van Cauter, de Deen Andresen en de Nederlander Van der Borgh.
Om te kunnen deelnemen aan de Tour 1957 moest deze postman één jaar verlof zonder wedde nemen. Hij zal dat jaar 34ste eindigen, wat zijn beste uitslag in de Tour zal zijn. Enkel in 1960 bereikte hij nog eens zijn woonplaats in Parijs, maar dan pas op een 47ste plaats. In 1959, 1961 en 1964 zal hij telkens opgeven.
Toch was zijn mooiste prestatie volgens hemzelf (aldus nog altijd Wilfried Journée) de Tour 1959, meer bepaald zijn winst in de veertiende rit tussen Aurillac en Clermont-Ferrand. “Hij kon zijn ploegmakkers troosten voor het verlies van de Gele Trui (van Michel Vermeulin, RDS),” schrijft Wilfried, “door een positieve mentale reactie en een lange aanval over moeilijk parcours. André Le Dissez kon op het nippertje winnen, totaal leeggereden om achtervolger Gérard Saint (van de ploeg Ouest/Sud-Ouest!) voor te blijven.”
Vermeulin had ik helaas niet in die tijd. Bij mij vormde Le Dissez ploeg met o.a. Stéphane Lach en Raymond Hoorelbeke (de drie anderen ontgaan me nu).
Bij Mercier reed hij met Albert Bouvet, René Privat, Bernard Gauthier, John Van Tongerloo en de jonge Raymond Poulidor, die weliswaar niet in die twee reeksen voorkwam, maar die ik uit een magazine had geknipt, toen hij Milaan-San Remo had gewonnen.
Wilfried stelt zich wel vragen bij wie en waar het grote geld verdiend wordt in die tijd in de Franse wielersport: “In het wielergekke Bretagne verdienden veel liefhebbers en onafhankelijken aanzienlijk meer dan beroepsrenners elders. Op één namiddag te St-Renan, nabij Brest in een open koers (met deelname van Fred De Bruyne en Germain Derycke evenwel) verdiende Le Dissez tienmaal het maandloon dat Alcyon-Dunlop hem betaalde dat jaar en driemaal zijn maandloon van postbode één jaar eerder.”
Wilfried weet ons ook nog te vertellen hoe het na zijn loopbaan met André Le Dissez is vergaan: “Na zijn leven van postbode en wielrenner, werd Le Dissez vertegenwoordiger bij Gallimard en Hachette, bekende uitgevers van boeken. Hij leverde verse lectuur o.a. aan Bernard Pivot (van het boekenprogramma “Apostrophes”), Antoine Blondin en Georges Brassens. Hij behoorde dan ook tot hun vriendenkring (“Les amis de Georges”).” Vooral met de laatste twee zal daar allicht menig glaasje op geklonken zijn!
Ronny De Schepper