Met het manuscript van wat onder de titel « De onderhuidse Lach van de Landjonker » in de reeks « De golfbreker » werd uitgegeven door Lannoo als zijnde de derde dichtbundel van Frans Deschoemaeker (Kortrijk 8/9/54) verwierf de auteur de provinciale poëzieprijs West-Vlaanderen 1983. In het eerste deel van dit 40 blz. tellende bundeltje, « Een klompendans in craquelé » valt de opbouw van de sfeer op, van een tijdsbeeld, via uiteraard inhoud, specifieke woordkeuze en cadans. De tekening wordt aangevuld met vaak humoristische beelden. Het 16e eeuwse plattelandsleven wordt contrastrijk getekend, opgehangen aan het beeld dat de schilder Pieter Corneliszoon Broodbuydel (1554-1589) ons heeft overgeleverd : terreur naast bucolische landschappen, minnespel en oogsttaferelen. De auteur ontkracht de eigen romantiek met cynisch masochisme om zich in het tweede deel (Zelfportret met Windhond & aanverwante rekwisieten) vanuit hetzelfde Vlietbeekse landschap als heus fin-de-siècle-dichter te bevestigen (J.d.B. in De Rode Vaan nr.3 van 1986).
writers' blog
Former journalist, interested in music (all kinds), literature, film, cycling and everything that spices up life.