Het is vandaag al 35 jaar geleden dat het lichaam van de Oost-Duitse schrijver Uwe Johnson werd gevonden in zijn huis in het Engelse Sheerness, waar hij sinds 1974 leefde. Hij was overleden aan een hartaanval.

Uwe Johnson werd geboren op 20 juli 1934 in het plaatsje Kammin (Kamien Pomorski). Ging in 1940 naar school en wisselde in 1944 naar een Duitse “Heimschule”. In februari 1945 verliet hij deze school, omdat zijn familie vluchtte naar Mecklenburg. Ze verhuizen in 1946 naar Güstrow. Johnsons vader is in 1945 naar de Oekraïne gedeporteerd en in 1948 als dood opgegeven. Van 1948‑1952 bezoekt Uwe Johnson de John‑Brinckman‑Oberschule te Güstrow. Van 1952‑1954 studeerde hij Germanistiek in Rostock.
In 1959 vluchtte hij naar West-Berlijn, waar hij zich aansloot bij de schrijversvereniging Gruppe 47. Johnson wordt met onder andere Heinrich Böll en Günther Grass gerekend tot de grootste schrijvers van de generatie die kort na de oorlog begon met schrijven.
Het vroege werk van Johnson behandelt vooral de problematiek van het verdeelde Duitsland. Zijn stijl kenmerkt zich door discontinuïteit (frequente en abrupte tijds- en perspectiefwisselingen) en het ontbreken van eenduidige interpretaties: de lezer moet steeds zelf zijn zin in de werken van Johnson leggen.
Johnsons bekendste werk is het monumentale, vierdelige Jahrestage (1971, 1972, 1973, 1984). In dit werk wordt de actuele levenswerkelijkheid uit het leven van de uit de DDR uitgeweken Gesine Cresspahl verbonden met de door Gesine herinnerde geschiedenis van de eigen familie tijdens de Weimarrepubliek en de opkomst van het nazisme. Heden en verleden, het Noord-Duitse provincie en het centrum van de Westelijke kapitalistische wereld, worden door Johnson ingenieus in elkaar verweven en verhelderen elkaar wederzijds, zonder dat Johnson zich laat verleiden tot causaal-logische verklaringen.
Ikzelf ken hem echter vooral van “Het derde boek over Achim” (in 1968 verschenen bij de D.A.P.Reinaert Uitgaven, Brussel, 248 pagina’s, als 184ste deel in de Reinaert romanreeks; heruitgegeven in 1991 bij Meulenhoff, Amsterdam, 299 pagina’s, vertaling door Carlien Brouwer). De oorspronkelijke uitgave verscheen in 1961 onder de titel ‘Das dritte Buch über Achim’ in Frankfurt a.M. bij Suhrkamp Verlag. Alhoewel als non‑fictie aangekondigd is het toch een denkbeeldige confrontatie tussen een Oost-Duitse en een West-Duitse wielrenner. De Oost-Duitse wielrenner is Gustav Adolf Schur, de vader van Jan Schur.

Een gedachte over “Uwe Johnson (1934-1984)

  1. Het was wel heel bijzonder dat “Mutmassungen über Jakob”(1959) reeds in 1963 aan bod kwam in de cursus van Herman Uyttersprot, zoals vermeld door Joris Dedeurwaerder in “Herman Uyttersprot. Een biografie”,(Gent: Liberaal Archief/Liberas, 2018, p. 398). Dit was toen echt pionierswerk, dat overigens niet bij alle studenten in de smaak viel. Bij mij wel, al was het achteraf beschouwd verwonderlijk dat de link met Faulkner niet vermeld werd. Voor de rest wist U. echter verbanden te leggen als geen ander.

    Geliked door 1 persoon

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.