Onderstaand artikel is een samenvoeging van mijn gelijknamige recensie in De Rode Vaan (niet gedateerd) en van mijn bijdrage “Een kliekske platen” voor “Muziek in ’t Rond”, mijn wekelijks rubriekje in De Voorpost van 26/1/1979. De oneerbiedige titel van de tweede bijdrage is afkomstig van het feit dat ik onder die lading ook de recensie van een tiental singeltjes (o.a. van Abba en John Travolta) moest kwijt kunnen.

De Vlaamse volksmuziekgroep ’t Kliekske, die verkiezingsmeetings e.d. van de Volksunie opluistert, viert dit jaar (1979 dus) zijn tienjarig bestaan. ’t Kliekske ontstond inderdaad in 1969 toen Herman De Wit ter gelegenheid van Driekoningen besloot in herbergen te gaan zingen en spelen met zijn vrouw Rosita, zijn schoonbroer Oswald Tahon en dan nog ene Frans Lots, die later vervangen werd door Wilfried Moonen. In februari 1970 reeds maakten ze een eerste elpee. Toch zou het nog tot augustus 1976 (“Vlaamse Volksmuziek”, CBS 81275) duren vooraleer de groep zich de gunst van de critici kon verwerven. Tot dan toe spitste de kritiek zich immers eerder toe op de politieke entourage waarin de groep zich bewoog. D.w.z. zij oogstten lof van de Vlaams-nationalistische penneridders die de oubolligheid van de bolletjeszakdoeken en het schoolmeesterachtige optreden van leider Herman De Wit eerder als iets positiefs ervaarden dan er aanstoot aan te nemen zoals linkse en “neutrale” (bestaan die?) critici deden.
Maar De Wit en zijn familie namen deze kritiek ter harte en begonnen het onkruid te wieden en de mooie bloem van onze Vlaamse volkscultuur wat meer mest en water te geven. Met gevolgen die niet konden uitblijven: de doorbraak in Nederland én kwaliteitselpees als deze (“Instrumentaal”, CBS 83292).
Van de zomer van 1971 dateren hun beroemde huifkartochten. Terwijl ze elke dag ergens optraden, poppenkast speelden en oude ambachten weer tot leven brachten, verzamelden zij ook een schat aan materiaal wat hun onder andere deze nieuwe elpee opleverde.
Orgelbouwer Ghislain Potvlieghe had in Viane immers een handschrift gevonden met 94 melodieën die voor het merendeel onbekend waren gebleven. De vermoedelijke optekenaar (daarom nog niet de componist!) is Petrus Josephus van Belle, een inwoner van Viane in 1743.
Herman De Wit kreeg dit handschrift in handen en heeft zich met een ambachtelijke ijver aan het werk gezet. Niet alleen moesten de nummers geselecteerd worden, aangeleerd en hier en daar “bewerkt” (al is dat mijns inziens eerder met het oog op de auteursrechten bij SABAM, het klinkt immers niet “bewerkt”, zoals dat bijvoorbeeld wel het geval is bij RUM of Mike Oldfield), maar Herman stond er ook op dat deze werkjes met de oorspronkelijke instrumenten zouden worden uitgevoerd. Hij heeft een groot aantal daarvan dan ook zelf gebouwd.
Dit is een prachtige elpee geworden. Nu eens zeer uitbundig, dan eerder ingetogen. Toch ligt de nadruk op het dansaspect, wellicht omdat ’t Kliekske (terecht) dacht dat ze iets te vieren hadden. Het zijn korte nummertjes zodat ze ook voor oningewijden genietbaar zijn, ze gaan zeker niet vervelen.
Wat ongetwijfeld eveneens bijdraagt tot het succes is dat de elpee volledig instrumentaal is. Herman De Wit heeft immers weliswaar een sonore maar weinig expressieve stem.
Technisch staat deze elpee op een zeer hoog peil. CBS is trouwens de firma die de vergelijkbare kwaliteitselpee “Historical Flemish Harpsichords in Antwerp” uitbrengt. De hoes is goed verzorgd en bevat vooral voor insiders veel waardevol materiaal. Ze is echter wel enigszins onhandig, je moet oppassen dat bij het openen de elpee niet op de grond dondert.
Maar dat mag uiteraard de pret niet drukken, dit is een waardig feestalbum.

Jan Segers

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.