De Amerikaanse mezzosopraan Marilyn Horne viert vandaag haar 85ste verjaardag.
Marilyn Horne debuteerde in het kerkkoor. Toen zij daar opviel, werd zij geselecteerd om de rol van Franky (Mercedes) in “Carmen Jones” te zingen in de film van Otto Preminger. De muziek van Bizet werd voor deze versie wel degelijk behouden, maar dan aangepast en met teksten van Oscar Hammerstein.
Horne was a 19-year-old music student at nearby USC. She auditioned for the part and was immediately hired – for $300. But it was a terrific break for her, and she grabbed it, and did an outstanding job, re-recording what Hilgenberg had already sung, plus the balance of the music. It’s also fun to note that Horne was a singer for Tops Records, a company that made sound-alike recordings of hit records with identical arrangements (in those days arrangements could not be copyrighted) and “stand-ins” who could mimic the artists who made the hit record (*). Horne, later to become a major 20th-century opera star, was funding her college expenses, in part, by recording Kay Starr’s hits. Starr was famous for belting out her songs with a certain razzmatazz style, and Horne’s rendition was a dead-ringer. The Tops Records offices, it should be noted, were within walking distance from the USC campus. (Internet Movie Database)
Het was uiteindelijk Igor Stravinsky die haar in 1957 aanspoorde naar Europa te gaan om daar in “serieuze” opera’s op te treden. In 1960 trouwde ze met de zwarte muzikant Henry Lewis, waardoor ze met haar ouders en haar omgeving in de knoop kwam te liggen, maar ze zette door. Sinds haar jeugd is ze ook reeds actief lid van de Democratische Partij. Als kind steunde ze Roosevelt en vele jaren later deed ze nog steeds hetzelfde voor Clinton.
(*) Op deel elf van “The complete Decca recitals” op Spotify denk ik dat je een aantal van deze nummers kunt terugvinden. Helaas kan je die delen niet apart downloaden. En het héle oeuvre, dat vind ik er nu ook weer wat over (al staan daar nog te ontdekken pareltjes bij, zoals op deel tien een paar nummers van de vader van Anaïs Nin).
dagelijks iets degelijks 