De Spelen van de IXe Olympiade werden in 1928 gehouden in Amsterdam. Amsterdam had eerder geprobeerd om de Olympische Spelen te mogen organiseren, maar moest in 1920 oorlogsslachtoffer België (Antwerpen) en in 1924 Parijs van IOC-voorzitter Pierre de Coubertin laten voorgaan. Voor de Spelen van 1928 werd Amsterdam verkozen boven Los Angeles. Dit waren de eerste Spelen die niet meer onder het voorzitterschap van De Coubertin verliepen. In 1925 had hij het voorzitterschap overgedragen aan de Belgische graaf Henri de Baillet-Latour.

Tijdens deze Spelen werd er gesport in 16 disciplines binnen 14 sporten. Er werden drie demonstratiesporten beoefend: kaatsen, korfbal en lacrosse. Deze sporten behoorden niet tot het officiële olympische programma, al werd het korfbaltoernooi in het Olympisch Stadion gehouden.
Er deden 46 landen mee aan de Spelen, een record maar het deelnemersaantal lag wel lager dan in Parijs in 1924. Duitsland was voor het eerst weer uitgenodigd om deel te nemen. Het stuurde een ploeg van 223 deelnemers en oogstte 31 medailles.
Voor het eerst werd de olympische vlam aangestoken tijdens de Olympische Spelen. Dit gebeurde in het Olympisch Stadion en niet, zoals later gebruikelijk werd door een bekende sporter, maar gewoon door een medewerker van het gasbedrijf. De estafette met de olympische fakkel werd pas voor het eerst tijdens de Olympische zomerspelen van 1936 gelopen.
Voor het eerst werd de landenparade geleid door Griekenland, het land waar de bakermat van de Spelen ligt. De parade werd afgesloten door het gastland, een traditie die tot de dag van vandaag wordt volgehouden.
De belangrijkste vernieuwing wordt echter niet door Wikipedia vermeld: tijdens de OS van Amsterdam worden de atletieknummers voor het eerst afgewerkt op een piste van 400m wat standaard zou worden (zie bovenstaande foto).
Koningin Wilhelmina weigerde de openingsceremonie bij te wonen en liet haar man, prins-gemaal Hendrik, de Spelen voor geopend verklaren. De reden voor de weigering van de koningin was dat zij bij de bepaling van de dag voor de opening, 28 juli 1928, niet geraadpleegd was (een datum die al in januari 1927 was vastgesteld) en dat zij bovendien door een belangrijke reis naar Noorwegen niet aanwezig kon zijn. Dit laatste was ver van de waarheid, daar de koningin geen officiële bezoeken aflegde, maar slechts een informele reis door Noorwegen maakte. Wilhelmina woonde wel de sluitingsceremonie bij. Die vond plaats op een zondag, waar de Staatkundig Gereformeerde Partij teleurgesteld op reageerde.
De Amerikaanse sporters haalden 56 medailles. De zwarte Britse atleet Jack London baarde bij de 100 meter opzien door startblokken te gebruiken, daar waar de andere atleten gewoon kuiltjes groeven om hun voeten in vast te zetten.
Johnny Weissmuller, later bekend geworden als acteur in een aantal Tarzan-films, won twee gouden medailles bij het zwemmen (100 m en 4 x 200 m vrije slag).
Paavo Nurmi uit Finland won zijn negende gouden medaille door de 10.000 m te winnen in 30 minuten 18,9 seconden. Verder haalde hij nog tweemaal zilver, op de 5000 m achter zijn landgenoot Ville Ritola en op de 3000 m steeple achter Toivo Loukola, ook een Fin. De Finse mannen wonnen alle loopwedstrijden vanaf de 1500 meter.
Ondanks protesten stonden voor het eerst atletiek en gymnastiek op het programma voor vrouwen. Halina Konopacka uit Polen werd de eerste vrouwelijke olympische atletiekkampioen. Aan het einde van de 800 m (zie eveneens bovenstaande foto) was volgens bepaalde journalisten een deel van de deelneemsters totaal uitgeput. Volgens anderen daarentegen leden de dames echter niet zozeer aan uitputtingsverschijnselen, maar lieten zij op deze wijze hun gevoelens over hun verlies de vrije loop. Het leidde in elk geval tot een fikse discussie binnen het IOC over het nut en de noodzaak van vrouwenwedstrijden op Olympische Spelen. De nieuwe voorzitter van het IOC, de Belgische graaf Henri de Baillet-Latour, was er voorstander van om die te elimineren, met uitzondering van turnen, zwemmen, tennis en schaatsen. Dit voorstel zou het echter in het olympisch Congres van 1930 in Berlijn niet halen. De 800 m werd echter geschrapt en zou pas op de Spelen van 1960 weer in het atletiekprogramma worden opgenomen.
De afstand van de marathon werd officieel vastgesteld op 42 kilometer en 195 meter. Die marathon werd gewonnen door de Algerijn Ahmed Boughéra El Ouafi, die voor Frankrijk uitkwam.
Het Zuid-Amerikaanse voetbal beleefde zijn definitieve doorbraak, doordat de regerende olympische kampioen Uruguay in de finale Argentinië versloeg. De wedstrijd eindigde in een 1-1 gelijkspel, waarna een tweede wedstrijd de beslissing moest brengen; deze werd met 2-1 gewonnen door Uruguay.
Het zeilen kende een koninklijke olympisch kampioen. Kroonprins Olaf van Noorwegen won in team goud in de 6 meter-klasse. (Wikipedia)

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.