25 jaar geleden heb ik een tijdlang zonder computer gezeten. En wat doet een mens dan? Boeken lezen natuurlijk. Zo heb ik letterlijk in één ruk “De dove muzikant” van Anneke Lucas uitgelezen (foto YouTube). Alhoewel haar naam reeds aangeeft dat ze in Vlaanderen is geboren, verscheen dit boek oorspronkelijk (in 1996) in het Engels onder de titel “The deaf musician”. Lucas woont ondertussen immers in L.A. en haar Nederlands is blijkbaar onvoldoende, zelfs om zelf in te staan voor de vertaling (daarvoor heeft ene Jantje Smit dan maar gezorgd, al zou het mij sterk verbazen als dit hét Jantje Smit zou zijn).

Op de kaft staat: “Dit boek zal inslaan als een bom!” en daarmee wordt dan Kurt Vandemaele in Humo geciteerd. Even ter herinnering: Kurt Vandemaele was in die tijd de filmrecensent van Humo en op de kaft van het boek lezen we ook nog over Lucas: “Zij studeerde aan het American Film Institute en schreef verscheidene filmscenario’s”. Dat kan best zijn, maar die zijn dan toch in de lade blijven liggen, want als ik haar ga opzoeken op de Internet Movie Database komt er niet veel uit.
Maar goed, dat “inslaan als een bom” sloeg dan vooral op het feit dat Anneke (vreemd dat zij ook in Hollywood dit verkleinwoord blijft gebruiken) in het boek het verhaal vertelt van hoe ze een verhouding heeft gehad met haar buitenechtelijke vader. Die wordt in het boek Daniel Vandenberghe genoemd, maar het is vrij duidelijk om wie het gaat. Toch wordt nergens, ook niet in het zogenaamd ophefmakende interview in Humo de echte naam genoemd. Ik vind dit zeer merkwaardig en zal het dan ook zelf niet doen.
De overdreven opwinding van Vandemaele had ongetwijfeld te maken met het feit dat de Nederlandse vertaling verschenen is middenin de Dutroux-hetze, al is het wel belangrijk te weten dat Lucas al volwassen was toen ze de relatie met haar vader aanging, dat ze hem nooit heeft gekend toen ze nog kind was en dat ze oorspronkelijk zelf met de verhouding instemde. Toch vind ik het merkwaardig ook nu, meer dan achttien jaar later, er haast niets op het internet over dit boek is terug te vinden. Van “inslaan als een bom” is dus nauwelijks sprake! Ik heb zelf enkel een samenvatting en bespreking gevonden van ene Marian Verstappen op de website van Biblion. En hoeft het nog gezegd, ook zij verwijst nergens naar de echte betrokkenen. Ik vertrek van haar tekst om daar zelf een paar kanttekeningen bij te maken.

“In Los Angeles reconstrueert de vijfentwintigjarige Nathalie in een therapie haar jeugd. Op haar achttiende heeft ze al een woelig leven achter de rug, onder meer als animeermeisje in de Schippersstraat in Antwerpen. Dan leert zij haar echte vader, een bekende aristocratische componist/musicus, kennen. De man vat voor haar meer dan een normale vaderdochterliefde op. Het is een allesverslindende passie waar Nathalie niet tegen opgewassen is. Via haar vader leert Nathalie de meest vooraanstaande mensen uit de Belgische film-, muziek- en theaterwereld kennen, ook hun soms perverse seksuele voorkeuren. Nathalie tracht aan haar vader te ontkomen door naar Londen, Parijs en New York te vluchten, waar zij allerlei affaires heeft. In New York neemt haar leven een dramatische wending, wanneer zij zich haar prilste jeugd herinnert, waarin zij seksueel vernederd en misbruikt werd. In de therapie ontdekt zij dat de puinhoop van haar leven zijn oorsprong vindt in deze afschuwelijke jeugd-ervaring.
Debuutroman van de 29-jarige Belgisch-Amerikaanse scenariste. Nathalie heeft een woelig leven achter de rug als ze haar biologische vader, een beroemd componist, ontmoet. Deze ziet haar als een streling van zijn ego, zeker als hij met haar een seksuele verhouding heeft. Hoewel Nathalie dit niet wil, geeft ze steeds weer toe, omdat ze zich anders schuldig voelt. Via haar vader komt ze in aanraking met beroemde theatermensen, en door die relaties probeert ze aan haar vader te ontkomen. Ze komt uiteindelijk terecht in Los Angeles, waar ze eindelijk besluit haar leven zelf in handen te nemen. Door sessies bij een therapeut kan ze de waarheid over gebeurtenissen in haar jeugd onder ogen zien en daardoor krijgt ze grip op haar leven. Nathalie is een onzekere jonge vrouw die alles doet om anderen niet teleur te stellen, ook als dit dwars tegen haar eigen gevoelens in gaat. Ze blijkt een incest-verleden te hebben, met als gevolg dat ze zichzelf slecht vindt en alles accepteert omdat ze denkt anders de ander, bijv. haar vader, te verliezen. Een indrukwekkend verhaal, dat zonder in details te treden veel vertelt over seksueel misbruik en de gevolgen daarvan. Normale druk.”
Door al die geheimdoenerij vroeg ik me af hoe lang het zou duren vooraleer in het boek duidelijk wordt over wie het gaat. Wel, heel lang heb ik niet moeten wachten. Op p.16 kan men immers reeds lezen: Gemini is een ballet dat ik vorig jaar geschreven heb.” En nog minder verhuld wordt het op p.51 waar duidelijk wordt dat haar vader vooral “gespecialiseerd” is in filmmuziek. En om alle twijfels weg te nemen, vraagt hij haar dan op de koop toe nog: “Ken je André Delvaux?”
Grappig is wel de uitleg die de vader van Lucas aan haar geeft om te verklaren waarom hij haar niet heeft erkend. Hij dacht namelijk dat ze de dochter was van… Bob Davidse (p.30). Die mocht blijkbaar wél met naam en toenaam worden genoemd!
Anderzijds is het natuurlijk wel begrijpelijk dat men met dit onderwerp omzichtig omspringt, aangezien de grote componist over zijn vrouw (die we dus allemaal kennen) vertelt: “We vrijen niet. (…) Ze is als een zus voor me. Ik kan me niet voorstellen seks met haar te hebben.” (p.52)
Ook over Annekes eigen privé-leven vernemen we het een en ander natuurlijk. Zo blijkt zij reeds heel jong een verhouding te hebben gehad met Ludo Mariman van The Kids (p.55). Het zou ook Ludo zijn die haar uiteindelijk in het “animeermilieu” heeft gelanceerd (p.204).
Grappig is dan weer dat zij met deze “onthulling” voor de dag komt om de name-dropping van haar vader een beetje te pareren, maar hij antwoordt nogal kortaf: “Ik ken niets van rockmuziek.” Waarop zij zichzelf voor het hoofd slaat: “Hoe kon ik zo stom zijn om over de zanger van The Kids te beginnen? Wat had die er nu mee te maken?” (p.55)
Deze anekdote vormt eigenlijk de aanloop voor een grotere ruzie met haar vader, namelijk over David Bowie (p.119).
Toch heeft de dochter iets van haar vader geërfd: ook zij strooit graag bekende namen in het rond. Zo is het haast hilarisch dat, als ze de trein neemt, ze al meteen in de entourage van Stéphane Grapelli (p.158) terechtkomt. En als ze in Hollywood dramalessen neemt, wordt ze onmiddellijk de “favoriete leerling” van Stella Adler (p.244), waar ze dan meteen de vriend wordt van Robert Goerl van de Duitse popgroep D.A.F., terwijl Malcolm McLaren één van de weinigen is die ze afwijst. Zelfs als ze een baantje neemt, dan is dat meteen in de Blue Note Jazz Club (p.254), waar ze dan weer Toots Thielemans tegen het lijf loopt (p.257).
Als ze er echter mee in bed belandt, dan worden er weer pseudoniemen bovengehaald. Toch duurt het alweer niet lang om erachter te komen wie Rolf Darius is (p.191). Als ze het een pagina later immers reeds heeft over dat hij “folkloristische verhalen (vertelde) waarin hij zelf alle figuren speelde” en “één van die vertellingen (…) ging over een vrouw haar ‘muizeke’“, dan weten we wel wie deze verhalen van Dario (!) Fo voor zijn rekening neemt…
Zodanig zelfs dat ik tot mijn ontzetting me plotseling een verhaal herinnerde van een voormalige telefoniste van De Rode Vaan en ik via Facebook bij Anneke heb geïnformeerd of zij dat dan niet geweest was. Haar antwoord was echter duidelijk: “In 1982 ben ik verhuisd naar Frankrijk en ben nooit meer terug naar Belgie gekomen.” Nu ja, “Darius” zal wel meerdere vriendinnen hebben gehad natuurlijk, what was I thinking?!
Met “Darius” viert Anneke in Gent het tienjarige bestaan van De Grote Septime. Eerst dacht ik nog dat het over De Grote Avond ging (“Het café was een toevluchtsoord voor alcoholische letterkundigen en hun fans”, p.193), maar als de eigenaar wordt omschreven als “de broer van de beroemdste schrijver van België, die er zelf ook wel eens kwam”, dan weten we meteen dat het over de Hotsy Totsy gaat, waar ik “Darius” nog heb geïnterviewd!
Tot slot, niemand schijnt vragen te stellen bij de titel van het boek. Enfin, “niemand”, als er maar één recensie is terug te vinden en dié maakt er geen problemen over, dan zit men gauw bij “niemand” natuurlijk. Het verhaal van “de dove muzikant” als zodanig vindt men terug op p.40, maar het is duidelijk dat deze (grappige, maar pijnlijke) anekdote niet de reden is waarom het boek deze titel meekreeg. We moeten dus aannemen dat Anneke een parallel ziet tussen de “dove muzikant” uit de anekdote en haar vader die (misschien moeten we het zo interpreteren) “doof” is gebleven voor haar smeekbedes om vaderliefde (en niet de vleselijke “liefde” die hij haar geeft), maar ik zie dat zelf toch niet zo direct zitten. Bovendien stoort de vertaling “muzikant” voor “musician” mij een beetje: een échte “musician” wil liever als “musicus” aangesproken worden i.p.v. als “muzikant”…

Ronny De Schepper

3 gedachtes over “25 jaar geleden: “De dove muzikant” door Anneke Lucas

  1. Who the hell is interested in Anneke. Ok, ik begrijp het, zij is verdomd mooi, heb nog heel wat foto’s van haar hier. Zij was toen 18. Zij was mijn girl friend, en wij leefden ongeveer 1,5 jaar samen voordat ze naar Parijs vertrok. 1981 of zo. Als je wat wil weten over haar, call me

    Like

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.